Exit Magazine

Maandelijks Brugs Cultuurblad

‘Het was een dankbare luxe om December Dance te kunnen opstarten’

Op 7 december start de 16de editie van December Dance. Het blijft al die jaren de hoogmis van de hedendaagse dans met klinkende namen. Een van de ‘founding fathers’ is Bruggeling Samme Raeymaekers die, samen met de voormalige directrice van Cultuurcentrum Brugge Sonia Debal  het festival heeft opgebouwd. Een gesprek met Samme uit het hoge noorden en met Sonia over de beginjaren.

EXit: Je bent nu al vele jaren actief in het hoge noorden. Staat dans daar op een vergelijkbaar niveau als hier?

Samme Raeymaekers: ‘Het aanbod uit het Noorden is soms wat ondergewaardeerd of ongekend bij het grote publiek of bij collega’s. Er wordt in Noorwegen verhoudingsgewijs meer geproduceerd en gefinancierd dan in Vlaanderen. De infrastructuur echter, vooral buiten Oslo, is nog jong en het publiek volgt daar ook nog niet altijd.  Als artistiek en algemeen directeur van Dansens Hus organiseer ik in 2024 het tweejaarlijkse ‘ICE HOT Nordic Dance platform’, een evenement dat zowel opkomende als gevestigde choreografen uit deze regio presenteert aan programmeurs en andere professionals van over de hele wereld. Als ik dan het programma bekijk, ben ik eigenlijk zeer onder de indruk van de kwaliteit, diversiteit, meerstemmigheid en urgentie dat het dansveld uit het noorden produceert.’

EXit: Samen met Sonia Debal heb jij indertijd met ‘dans’ iets bijzonders opgebouwd voor deze stad. Heb je ook dat gevoel?

Samme: ‘Sonia heeft met haar (pioniers)werk in het Cultuurcentrum de weg geplaveid, waar ik verder op kon meebouwen. Het was dan ook een dankbare luxe om December Dance te kunnen opstarten en het internationaal op de kaart te zetten. Ook het jarenlange vertrouwen dat ik kreeg van Jeroen Vanacker om dans een nog prominentere plaats te geven in het Concertgebouwprogramma, was van onschatbare waarde in die ontwikkeling. Ik heb een trots en goed gevoel hoe Sigrid (Janssens) nu verder het verhaal van Dans in Brugge uittekent en invult.’

EXit: In de veronderstelling dat je in die periode in Brugge verblijft, naar welke uitvoeringen kijk je uit?

Samme: ‘Naast The Romeo (T. Harrell) en We Wear our wheels (R. Orlyn) die ik al gezien heb én ten zeerste kan aanbevelen, kijk ik enorm uit naar de nieuwe van Jefta van Dinther. Hij is uniek in hoe hij de samenleving, individualiteit, collectiviteit en de relatie met de buitenwereld onderzoekt.  Ik heb ook grote bewondering voor het werk van Femke Gyselinck, dus zeer benieuwd wat haar nieuwe productie ons zal brengen.’

EXit: Vergelijk eens de Noorse programmering met de Brugse. Een wereld van verschil?

Samme: ‘Als nationaal podium voor hedendaagse dans in Noorwegen presenteer ik in Dansens Hus gemiddeld 45 producties, goed voor zo´n kleine 200-tal voorstellingen, per jaar. Hier staat een volledig huis, werking, infrastructuur en team enkel en alleen ten dienste van dans. Wat een voorrecht, niet?’

‘Ik presenteer een zeer uiteenlopende scala van expressies, genres en stemmen voor verschillende soorten publiek. Heel wat internationale gezelschappen die in Brugge staan, toon ik ook hier in Oslo.’

EXit: Dansbezoekers reageren na de vertoning vaak heel uiteenlopend. Begrijp je dat?

Samme: ‘Dans is voor mij nu net dé kunstvorm bij uitstek waarin ieder zijn eigen interpretatie kan en mag maken met het materiaal die we aangereikt krijgen. Dat is ook de reden waarschijnlijk dat ik na al die jaren nog steeds zo geboeid ben en verwonderd word door het zien van dans.’ (LF)

Sonia Debal: ‘Ik ben altijd gefascineerd geweest door het dansende lichaam’

EXit: Sonia, ere wie ere toekomt, mogen we jou the founding mother van de dans in Brugge noemen?

Sonia Debal: ‘The founding mother klinkt wel erg flatterend, maar zonder de steun van de Stad, een gedreven team, goede collega’s,  getalenteerde kunstenaars en het vertrouwen van het publiek was het niet gelukt om Brugge als dansstad op de kaart te zetten. Wat in 1992 schoorvoetend startte met een drietal producties is met meer dan 40 voorstellingen per seizoen uitgegroeid tot een vast en sterk programmatie-onderdeel.’

EXit: De komst van het Concertgebouw en de MaZ in 2002 openden nieuwe perspectieven?

Sonia: ‘Ja hoor, in 2001 werd Samme Raeymaekers dansassistent in het Cultuurcentrum. Het aanbod werd ruimer en internationaler. In 2008 verhuisde Samme naar het Concertgebouw. Dit werd de start voor een sterke en duurzame complementaire samenwerking, wat in 2007 resulteerde in de eerste editie van het internationale dansfestival December Dance.’

EXit: Als je terugblikt op jouw carrière en dansprogrammaties, wat waren de hoogtepunten ?

Sonia: ‘24 jaar dans, meer dan 600 voorstellingen en ontelbare uren van bewondering en verwondering is een hoogtepunt. En voorts: de allereerste grote dansproductie in de Stadsschouwburg met Wim Vandekeybus. De bonbonnière trilde van de adrenaline en de kracht van deze fysieke danstaal. De eerste keer Alain Platel met ‘Bonjour Madame’ (1994) was ook ongezien danstheater, scherp en ontroerend. Ook te vermelden: het beloftevolle debuut van Sidi Larbi Cherkaoui met ‘Rien de Rien’ (2000). En heel belangrijk, de eerste keer Akram Khan met zijn solo ‘Kaash’ (2002). ‘

EXit: Je blijft DD volgen. Zijn ze goed bezig?

Sonia: ‘Het eerdere concept: in de oneven jaren een curator en in de even jaren een land of regio kreeg in 2021 een andere invulling met  een meer thematische lijn en de keuze voor kunstenaars met een sterk maatschappelijk engagement. De huidige curator Sigrid Janssens legt nu de focus op meerstemmigheid en richt met een innovatieve dansprogrammering de blik op de wereld en op de generatie van de toekomst. DD 2023 biedt met dertien producties waarvan vijf premières niet enkel een heel mooie staalkaart van gevestigde namen uit binnen- en buitenland, maar ook heel wat beloftevolle jonge Belgische makers. Een terechte en moedige keuze.’

EXit: Kun je jouw passie voor dans uitleggen?

Sonia: ‘Moeilijk te vatten. Ik ben altijd al gefascineerd geweest door het dansende lichaam. Als klein meisje was ik het ‘danseresje’ van de familie, maar een ballerina ben ik nooit geworden. Dans is in alle culturen een bevrijdend, verbindend en troostend ritueel. Vandaar, het was dan ook een geschenk om gedreven door deze passie een brug te kunnen slaan tussen artiesten en publiek en hen deelgenoot te maken van de kracht en schoonheid van de rijke taal die dans is.’ (LF)

____

Foto Filip Van Roe

Comments are closed.