Exit Magazine

Maandelijks Brugs Cultuurblad

Maandelijks archief: oktober 2018

Lara’s Kerkhofblommen(straat)

Foto Ellen De Meulemeester

 

 

Met ‘Kerkhofblommenstraat’ heeft de Brugse auteur Lara Taveirne (°1983) een stevig leesboek afgeleverd en daarmee haar derde roman die nu moet zorgen voor de definitieve doorbraak. Taveirne gooide hoge ogen met haar debuut ‘De Kinderen van Calais’ (uit 2014), een confronterend verhaal over twee puberende meisjes die zich te pletter storten van de kliffen. Een jaar later al verraste ze met ‘Hotel zonder sterren’, een liefdesverhaal over een weekend in een chique Portugees hotel. En nu is er ‘Kerkhofblommenstraat’, een 300 bladzijden tellend verhaal dat uit een heel ander vaatje tapt.

 Het complexe verhaal speelt in de twintiger jaren, kort na Wereldoorlog 1. Zeven vrouwen werken om den brode op een chrysantenveld dat paalt aan de Begraafplaats Steenbrugge, een 12 hectare groot park waar vandaag ongeveer 130.000 mensen begraven liggen. Allerheiligen staat voor de deur en op het veld is het alle hens aan denk, maar dat belet de vrouwen niet om met verhalen allerhande en roddels over Jan en alleman de dag rond te maken.

Het verhaal gaat helemaal los wanneer Arabella, de dochter van de chrysantenbaas, besluit om op het veld van haar ouders te gaan werken. Ze komt er terecht in het mini-wereldje van de volwassenen die haar ‘een groot geheim’ onthouden. De vrouwen op het veld, de vriendinnen, Arabella’s ouders en ‘tante Hortense’ zullen elk een steentje bijdragen en zorgen voor een mysterieus verhaal achter een vredelievende façade. De Centrale Begraafplaats (aangelegd in 1784, vanaf toen verboden om te begraven in en rond de kerken) speelt daarin een belangrijke rol die zich toespitst op het graf van ‘de dichter’ (bedoeld Guido Gezelle, in het verhaal niet met naam genoemd). Deze plek is de toeverlaat voor wie met geheimen worstelt of op zoek is naar liefde. Dit praalgraf werd ontworpen door baron Jean-Baptiste Bethune jr. en is een van de pronkstukken onder de graven.

‘Kerkhofblommenstraat’ schetst een raak en precies beeld van het arme Vlaanderen uit het begin van de vorige eeuw. Taveirne bedient zich daarvoor van een tussentaal en een rijke oogst aan dialectwoorden die aan de vergetelheid worden onttrokken. Zo is er sprake van stratendweil, snottekezen, elletuiten, marbels, kobbenetten en onderlievetjes. Ook heel wat vergeten uitdrukkingen vinden hier hun weg, zoals ‘Van benauwdheid schruwelde ze de hele buurt bijeen’ of van sterke Berendina ‘met haar trekpaardbillen en haar geschoeperd blond haar’. Het gebruik van deze kleurrijke tussentaal, ooit meesterlijk door Hugo Claus in Het Verdriet van België neergezet, krijgt steeds meer navolging. Het gebruik ervan bezorgde de Nederlandse uitgever (Prometeus) kopzorgen bij het nalezen van het manuscript: ofwel de helft schrappen ofwel de taal in zijn geheel intact laten. Wat gebeurde. Met dit boek staat Lara Taveirne aan te kloppen bij de garde van gevestigde (vrouwelijke) Vlaamse auteurs als Lize Spit en Greet Op de Beeck. Ze geniet alvast de steun van Tom Lanoye die vindt ‘dat ze wel eens kan uitgroeien tot de grootste verteller onder hen’. (LUC FOSSAERT)

 Kerkhofblommenstraat, Lara Taveirne, uitgeverij Prometeus

 

 

 

 

blauwdruk van Het Entrepot brengt Brugse muziekscene in kaart

 

Het Entrepot trekt op onderzoek uit: het regionaal (open) jongerenhuis wil de Brugse muziekscene met zijn noden en behoeften in kaart brengen. Iedere muzikant uit Brugge en omgeving kan hiervoor nog tot begin november een enquête invullen, terug te vinden op de website en de sociale mediakanalen van Het Entrepot. De Blauwdruk (ofte de resultaten) wordt op zondag 25 november gepresenteerd in Villa Bota.

 

Het opzet van Blauwdruk gaat uit van Het Entrepot, maar ook andere organisaties zoals Poppunt (bovenlokaal), Cultuurcentrum Brugge/Brugotta, Popcollege, Metronoom, Cactus Muziekcentrum, Snuffel vzw, The Jamm, Jeugdhuis Comma , Villa Bota en Humus Music dragen het onderzoek een warm hart toe. Ieders ervaring en insteek werken hierbij verrijkend. ‘We hopen dat iedereen die met muziek bezig is en in Brugge of de wijde omtrek (Beernem, Zedelgem…) woont, een paar minuten over heeft om de bevraging in te vullen. Dat kan een jonge starter zijn die op zijn zolderkamer op een gitaar tokkelt tot een professionele band of ouwe rotten in het vak. Ook muzikanten die niet van Brugge afkomstig zijn, maar een band hebben met de stad doordat ze bijvoorbeeld in een groep spelen met een Brugse link, nodigen we vriendelijk uit’, zegt Ward Dupan die verantwoordelijk is voor productie en programmatie in Het Entrepot.

EXit: Wat willen jullie precies meten?

Ward Dupan: ‘Het opzet is om de Brugse muziekscene met zijn noden en behoeften in kaart te brengen. De grootste vraag is of Brugge een vruchtbaar klimaat heeft voor (jonge) muzikanten. Je zou bijvoorbeeld de vraag kunnen stellen hoe het komt dat in Kortrijk groepen als SX, Balthazar en Goose sterk doorgroeien en dat in Brugge minder het geval is. Ligt dit aan organisaties, het beleid, het drinkwater of is het puur toeval? In de eerste plaats willen we met Blauwdruk de Brugse scene in kaart brengen. Hoeveel muzikanten zijn er in Brugge? In welke genres situeren zij zich voornamelijk en hoe actief zijn zij? Verder spitst de enquête zich toe op drie verschillende categorieën: repetitieruimtes, speelplekken en ondersteuning. We onderzoeken of er in Brugge een nood is aan ruimtes om te repeteren, aan speelplekken of er eerder behoefte is aan meer ondersteuning op financieel, materieel, of op vlak van kennis.’

EXit: Wat gaan jullie concreet met de resultaten van het onderzoek doen?

Dupan: ‘Dit hangt volledig af van de resultaten. Als hieruit blijkt dat Brugge een fantastische stad is om in te werken als muzikant, dan is deze Blauwdruk een pure bevestiging hiervan. Als hieruit blijkt dat er werk aan de winkel is, kan Blauwdruk misschien een startsein zijn om de handen uit de mouwen te steken. In een eerdere Blauwdruk die de nood aan ateliers voor Brugse kunstenaars onderzocht, bleek dat de vraag énorm was. Daardoor zijn wij naar het stadsbestuur kunnen stappen en is hier een initiatief als De Tank uit voortgevloeid (een tijdelijke invulling van een leegstaand pand op de Burg, waar Het Entrepot nu aan een veertigtal kunstenaars een ruimte biedt). Als blijkt dat er ook voor Brugse muzikanten een grote nood is, willen we met Het Entrepot dit zéker bekijken of we ook hier wat aan kunnen doen.’

EXit: Waar en wanneer weten we meer?

Dupan: ‘De resultaten worden bekendgemaakt op zondag 25 november in Villa Bota. We organiseren een debat waarbij we verschillende kenners uit het vak samen plaatsen. Zij laten hun licht schijnen over de resultaten van de bevraging. Iedereen is welkom om af te komen en mee te discussiëren over de uitkomst van de enquête. Het debat is ook te volgen via Villa Bota Radio, die een livestream zal opzetten. Daarnaast gieten we de resultaten ook in een kleine publicatie die we willen verspreiden onder de hele Brugse muziekscene.’ (ADC)

Alle info en enquête op http://www.hetentrepot.be

 

U hebt gekozen…. de nieuwe EXit

Met aandacht voor

*Radiomaakster Christina Van Geel ‘in het spoor van ikigai’

*Het najaarsprogramma van Cactus

*Lara Taveirne schrijft ‘Kerkhofblommen’

*Driedaags jazzfestival verlegt grenzen van de jazzmuziek

*Tom Zwaenepoel doet geloven

*Guido Gezelle, een vrolijke Frans?

Familiefestival KRIKRAK kleurt de herfstvakantie

 

De herfstvakantie is in Brugge opnieuw ‘KRIKRAK vakantie’. Van vrijdag 2 november tot en met zondag 4 november 2018 gooien de vele culturele huizen hun deuren wagenwijd open voor het jonge geweld. Ze maken het creatief en knus in hun theaters, concert- en filmzalen, musea, bibliotheek of op een andere spannende plek. Er is voor elk wat wils: dans, theater, muziek, workshops of een bezoek aan een museum.

Het festival trapt af op vrijdag 2 november 2018 met het mini-concert Playground+ in het Concertgebouw. Een tovenaar haalt de gekste geluiden uit speelgoed. Meer muziek is er in
De Groenplaats waar je de installatie Stadsklank vindt van Tuning People. Een reeks muzikanten gaat in dialoog op vijf schermen. Diezelfde dag kun je ook het depot van Raakvlak induiken. Deze organisatie houdt zich bezig met archeologische vondsten in de stad. Ontdek de rol van dieren in ons verleden en leer dierenbotten herkennen. Circusatelier Woesh nodigt je dan weer uit in hun nieuwe Woeshodroom langs de Damse Vaart-Zuid. Scheep in op hun circusboot voor een onvergetelijk avontuur met leuke circusspelletjes. KRIKRAK sluit op vrijdag af met een knallende dj-set van de tienjarige Brugse tweeling Nour en Badou Claeysier in de Stadsschouwburg. Dit feest is gratis voor iedereen.

De bibliotheek zet op zaterdag 3 november 2018 een Tussen d’oortjes XL op, een spannend voorleesmoment met een creatief staartje. Op zaterdag ook een stevige portie theater en dans.
Ga op weg met de drieling Jonas, Johan en Jacob in de voorstelling Drie. Ze zijn weggelopen van thuis en staan oog in oog met een wereld die ze niet kennen. In Klankkostuum in KAAP/De Groenplaats beweegt een danseres op zelfgemaakte geluiden. Theater zonder woorden is Nómadas/Nomaden in de Stadsschouwburg. Drie figuren reizen door een wonderlijke wereld, maar verlangen naar een plek om thuis te komen. Ik wist niet dat dit dat was is theater op een bijzondere locatie. In het Sint-Janshospitaal maken twee actrices een kunstwerk, maar wat is het eigenlijk echt?

In het Volkskundemuseum kun je op zondag 4 november zelf de handen uit de mouwen steken. Maak je eigen lantaarn en luister naar het verhaal van Sint-Maarten.

Jonge filmliefhebbers kunnen het hele weekend hun keuze maken in Cinema Lumière. Op vrijdag 2 november 2018 staat Toen mijn vader een struik werd op het programma. Toda leeft in een land waar er oorlog uitbreekt. Ze moet vluchten, maar onderweg leert ze een nieuwe vriend kennen. Op zondag 4 november 2018 is er het spannende verhaal van Muis Paddy die als nieuwbakken politiecommissaris moet uitvissen wie de geheimzinnige diefstallen in het bos pleegt. KRIKRAK sluit af met Bangerik, een spannende muziektheatervoorstelling in de Stadsschouwburg.

Het volledige programma vind je op http://www.KRIKRAK.be

 

Nalatenschap componist Joseph Ryelandt krijgt plaats in het Brugse Stadsarchief

 

De familie van Joseph Ryelandt (1870-1965) schonk het persoonlijk archief van de Brugse componist aan het Brugse Stadsarchief. Dit bevat onder meer belangrijke correspondentie met andere befaamde componisten uit zijn tijd. Joseph Ryelandt, die ook directeur van het Brugse conservatorium was, schreef niet minder dan 132 opussen en geniet tot op vandaag internationale faam.

 

Het Fonds Joseph Ryelandt in het Stadsarchief van Brugge bestaat uit twee delen. Enerzijds is er de rijke collectie partituren in manuscript. Deze collectie is naast de collectie afkomstig uit de bibliotheek van het Conservatorium Brugge, vooral afkomstig uit het Conservatorium Brussel. Daar was de Collectie CeBeDem in ondergebracht met inbegrip van een collectie autografen die nog steeds eigendom waren van de familie. Het was de familie die in 2017 besliste dat deze collectie in Brugge thuishoort. Samen met de collectie die door het Conservatorium aan het Archief werd overgemaakt, is het Stadsarchief daarom in het bezit van het nagenoeg volledige oeuvre van de componist in manuscript.

Anderzijds bestaat de collectie uit een grote verzameling ego-documenten van de componist, afkomstig uit het familiearchief. Daaronder bevinden zich een rijke briefwisseling van honderden brieven, een dagboek, een verzameling reisverslagen, contracten, foto’s en een grote verzameling gedichten.

Het Fonds zal wetenschappers in staat stellen om het leven en werk van Joseph Ryelandt in zijn context te bestuderen en vormt bovendien interessant bronnenmateriaal voor de studie van het culturele leven in de stad Brugge tijdens het fin-de-siècle.

150ste verjaardag

De schenking aan het Brugse Stadsarchief is ook een eerste aankondiging van de geplande viering in 2020 van deze markante figuur van het Belgische muziekleven. De componist zou dan 150 jaar oud zijn geworden. In het Concertgebouw wil men zijn derde symfonie laten weerklinken. In de Stadsschouwburg zal zijn religieuze muziek aan bod komen en in het kader van een tentoonstelling in het Gezellemuseum zullen ook zijn Gezelleliederen worden uitgevoerd. Uiteraard wordt het geheel ook wetenschappelijk en educatief omkaderd.

 

Sofie Leyts debuteert met ‘Vitus’

 

Foto Stijn Vos

 

Ja, er worden nog kwaliteitsvolle (jeugd)boeken geschreven én gelezen in deze lichtjes absurde smartphone-tijden. Met de slogan ‘in een hoekje met een boekje’ is dan ook niks mis, en dat geldt zeker voor het debuut van de Brugse jeugdauteur Sofie Leyts. Haar eerste boek ‘Vitus en een mysterie zo groot als het heelal of misschien nog groter’ is dan ook aanbevolen herfstliteratuur. Enthousiaste lezers spreken van ‘een grappig, mooi, leerrijk en ontroerend boek’.

 EXit: Wie is Sofie Leyts?

Sofie Leyts: ‘Ik ben een geboren en getogen Bruggelinge, afgestudeerd als Germanist en moeder van vier kinderen. Ik begon mijn werkende leven als wetenschappelijk medewerker voor “Brugge 2002” en ging daarna een aantal jaar aan de slag als educatief medewerker voor de Openbare Bibliotheek Brugge. Vervolgens werd ik bibliothecaris van de juridische bibliotheek aan de Kazernevest.’

‘Hoewel ik op mijn laatste job goed omringd werd door sympathieke klanten, was de inhoudelijke kant bijzonder eentonig (wetboeken zijn nu eenmaal een stuk minder spannend dan een stevige thriller!). Als tegengewicht begon ik te schrijven, ’s avonds, na de drukte van werk en gezin. Mijn schrijfwerk vorderde langzaam. Toen ik een stuk over de helft was, kreeg ik de smaak zo hard te pakken dat ik besloot het erop te wagen. Ik diende mijn ontslag in en begon voltijds te schrijven. Na enkele maanden was mijn boek af. Ik stuurde het op naar enkele uitgeverijen en Uitgeverij Van Halewyck reageerde als eerste. Daar was ik bijzonder blij mee, want zij waren mijn favoriet.’

EXit: Waar vond je het idee voor dit boek?

Leyts: ‘Ik had vooraf geen concreet plan, alleen een uitspraak van een van mijn kinderen: ‘Mama, wanneer is altijd begonnen?’ Dat zette me aan het denken over het begrip tijd, tijdreizen, knoeien met de tijd etc. Eens mijn twee hoofdpersonages hun karakter hadden gekregen (de superslimme en hyperrationele Vitus en zijn tegenpool Livia) kreeg het verhaal vanzelf vorm. Daarbij was de taal en de situatiehumor voor mij net zo belangrijk als de spanningsboog van het verhaal.’

EXit: Welke lezerspubliek heb je voor ogen?

Leyts: ‘Het boek is bedoeld voor een vrij groot publiek. Kinderen van een jaar of tien kunnen het lezen als een spannend avontuur. Oudere kinderen zullen meer tussen de regels lezen en meer diepgang aanvoelen. Ik kreeg ook al erg fijne reacties van 14- en 15-jarigen. Volwassenen vinden vooral de humor erg leuk.’

 EXit: Nog iets over de illustraties…

Leyts: ‘Oorspronkelijk was het niet de bedoeling om het boek te laten illustreren, tot mijn uitgever op een leuk idee kwam: het is een dagboek, geschreven door een twaalfjarige en dus zou het leuk zijn om kleine tekeningetjes in de rand te laten maken door een echte twaalfjarige. Zo werd mijn zoon Theo dus de illustrator!’

EXit: Nog even checken: dit is, voor alle zekerheid, toch jouw debuut?

Leyts: ‘Dit is inderdaad mijn debuut. Ik had niemand verteld dat ik hiermee bezig was, omdat ik ervan uitging dat het niet zou lukken. Ik liet gewoon weten dat ik een beetje uitgekeken was op mijn job en even een pauze nam (ik had mezelf maximum een jaar gegeven en zou daarna een nieuwe job zoeken). Dus toen ik nieuws kreeg van Van Halewyck ging ik echt door het dak. Ondertussen begon ik aan een volgend boek.’ (LF)

 

‘Vitus en een mysterie zo groot als het heelal of misschien nog groter’, Sofie Leyts, Uitgeverij Van Halewyck

 

Het nieuwe seizoen van Anima Eterna Brugge

 

Foto Paul Willaert

 

‘Van Mozart tot Mahler’ in het Concertgebouw

 Op 19 oktober bracht Anima Eterna Brugge (AEB) in het Concertgebouwnaast twee Mozart-Symfonieën van het twintigjarige genie, het schitterende fagotconcerto in een uitvoering van top-soliste Jane Gower . In februari en maart 2019 staat AEB nogmaals op Brugse planken met het Septet van Berwald en het Octet van Schubert, genaamd ‘Orkest in miniatuur’. Uitkijken wordt het vervolgens naar bariton Thomas Bauer die de prachtige Lieder eines Fahrender Gesellen en liederen van Hugo Wolf uitvoert met AEB. Het orkest sluit dan de avond met de magistrale eerste symfonie van Brahms.

 EXit: Anima Eterna Brugge is een projektorkest. Klopt dat?

 Jos Van Immerseel: ‘Ja, want het orkest is niet doorlopend aan het werk en we concentreren ons inderdaad op een vijftal projecten per jaar. Toch hoor ik het woord projectorkest niet graag omdat die benaming bij veel mensen aan een telefoonorkest doet denken.’

‘Een telefoonorkest is een orkest dat (meestal in een laat stadium) bijeengeroepen wordt, en waarbij meestal niet veel aandacht aan diepgang kan worden besteed. Bij AEB gebeurt het omgekeerde: we plannen jaren van tevoren de programma’s, kiezen voor de beste musici uit heel Europa, die gespecialiseerd zijn in het historisch instrumentarium dat voor elk specifiek project ideaal is. Wij kijken uit naar musici die niet alleen geweldige spelers zijn, maar ook een positieve ‘kamermuziekmentaliteit’ bezitten. Ook proberen we een goede mengvorm te vinden tussen (wat oudere) spelers met ervaring en jongere spelers met nieuwe ideeën. Die mengvorm is verrijkend voor iedereen en het internationale karakter van de spelers werkt uitdagend en inspirerend.

We nodigen de spelers lang van te voren uit, zodat ze tijdig aan hun persoonlijke research kunnen beginnen (instrumentarium, stijl, historische context, etc.). Op deze manier krijgen we een topensemble dat met weinig repetities op het puntje van hun stoel concerteert. Dat levert bovendien een positieve sfeer op: de musici bij Anima arriveren met de glimlach voor het project waar ze al lang naar uitkeken, en vertrekken na afloop met spijt omdat het weer eens voorbij is.’

 EXit: Anima komt uit een moeilijke periode. Hoe loopt het nu?

Van Immerseel: ‘U bedoelt waarschijnlijk, dat ik ernstige gezondheidsproblemen gehad heb, en een zware operatie heb ondergaan. Ja, dat was even moeilijk, voor mij en het orkest, maar dat is gelukkig verleden tijd. Ik ben perfect ‘gerepareerd’ en heb meer energie dan tien jaar geleden. Met het orkest gaat het uitstekend, maar we proberen steeds te verbeteren waar het kan. Zo liep het concertaanbod lichtjes terug (mede door mijn gezondheidstoestand), maar we zijn nu bezig aan een inhaalmanoeuvre. Zo zijn we een grote rondreis aan het voorbereiden die ons naar verschillende landen in Azië brengt. Natuurlijk is er op het concertpodium veel concurrentie, zeg maar het tienvoudige van dertig jaar geleden, toen we met Anima begonnen. Een remmende factor is bijvoorbeeld de mode bij concertorganisaties om alles te willen ophangen aan een thema, soms interessant, maar voor ons vaak zeer beperkend qua programmatie. Want met onze missie, alle muziek spelen met tijdseigen instrumenten, kunnen we geen programma’s spelen waarin we componisten uit verschillende eeuwen stoppen. Gelukkig zijn er organisatoren die dat begrijpen, zoals het Concertgebouw Brugge, waar we één van de huisartiesten zijn en in overleg programma’s maken. Net zoals met de Opéra de Dijon, waar we Orchestre associé zijn. Dus hoor je me niet klagen.’

EXit: U brengt dit seizoen Mahler. Dat is eventjes schrikken.

Van Immerseel: ‘Schrikken doet men vaak bij onze programmering, zoals in het verleden met de uitvoering van alle Pianoconcerten van Mozart, de integrale Beethoven- symfonieën, of ook bij de programma’s Ravel, Debussy, Gershwin of Monteverdi. Maar schrikken is gezond, het voorkomt dat men in slaap valt. Maar goed, u bedoelt zeker dat ik geen echte Mahler-fan ben, en dat is juist. Zijn symfonieën zijn ‘not my cup of tea’, maar ik zie wel de grootsheid ervan in. Wij kozen echter voor een genre waarin hij zichzelf volgens mij bijna overtrof: de orkestliederen. En het is een gelegenheid om nog een keer te werken met één van de beste baritons die de wereld kent: Thomas Bauer.’ (LF)

_____

Anima Eterna Brugge speelt op 9 februari en 8 maart 2019 in het Concertgebouw. Info animaeterna.be. Uw aanwezigheid steunt Foton, expertisecentrum en thuisbegeleidingsdienst dementie van Familiezorg West-Vlaanderen vzw.

 

 

 

Retrospectieve Huis der Kunsten

Foto EDM

 

Van vrijdag 19 tot en met zondag 21 oktober vindt in de Snuffel (Ezelstraat 42) de ‘Retrospectieve Huis der Kunsten’ plaats. In 1995 opende het Huis der Kunsten zijn deuren in het oud schildersatelier van Flori Van Acker in de Korte Vuldersstraat. Het was het eerste internetcafé in Brugge en omstreken en een bruisende ontmoetingsplek voor kunstenaars. Nu staat de locatie van de Snuffel centraal voor de opening van een tentoonstelling door woordkunstenaar en theatermaker Urbain Alpain op vrijdag 19 oktober om 19 uur. De deelnemende kunstenaars zijn André Van Nieuwkerke, Willy Vanheers, Dirk Dewulf (Kezanti), Geert Vandenabeele, Jef Vandenabeele, Christophe Ywaska, Johan Vansteenkiste, Rein De Puysseleyr, Luc Rabaey, Peter Six, Adinda Goddyn, Filip Leupe, Robin Fonteyne, Marjan Degraeve, Urbain Alpain, Wim Van de Cappelle, Alex Flett, Luiz Eduardo MAcedo, Patricio Mascigrande, Kemal Tufan, Melih Görgün, Peter Lagast en Jan Demey. Een dag later, op zaterdag 20 oktober om 18.30 uur, staat er een cultuurquiz op het programma, gevolgd door een optreden van Peter’s Band. De naam is niet lukraak gekozen, want van die band maken Peter De Blieck, Peter Six, Peter Vangheluwe, Peter Vanassche, Peter Hollez en Peter Somers deel uit. Misschien kan Peter Slabbynck ook nog aansluiten?

Het lang weekend wordt op zondag 21 oktober om 11.00 uur afgesloten met een performance van de Brugse stand-up comedian en cartoonist Bart Vantieghem. (ADC)

 

_____

 

http://www.masereelfonds.brugseverenigingen.be/Agenda

 

‘Wat alles verbindt, zijn verhalen’

foto Jasper Groen

 

Eind oktober en begin november is in Brugge en Knokke-Heist de kleutervoorstelling STIP te zien. De man achter het stuk is Philippe Verkinderen, opgegroeid in Knokke-Heist. Verkinderen heeft ondertussen heel wat op zijn artistieke palmares. Hij won met het gezelschap Ongericht Enthousiasme in 2011 de prestigieuze Nederlandse prijs Cameretten, werkte voor Ketnet, maakte kortfilms en startte zijn loopbaan iets meer dan tien jaar terug met enkele opvallende jeugdtheaterprojecten.

 EXit: STIP is één van je eerste eigen voorstellingen?
Philippe Verkinderen:
‘Ik schreef en regisseerde het stuk tien jaar terug en STIP toerde daarna lang met succes rond. Het was een aangename verrassing om te horen dat 4Hoog deze voorstelling opnieuw wilde opvissen. Dit keer nam Frans Van der Aa, artistiek leider van het gezelschap, de regie op. Hij stak STIP in een licht nieuw jasje, in die zin dat de hoofdrol dit keer niet voor een jongen, maar voor een meisje is. Verder is er weinig aan het concept veranderd.’

 EXit: STIP is tijdloos?
Verkinderen:
‘Heel zeker. Het is woordeloos en zeer visueel theater. Een meisje ontmoet op een dag een stip. Ze worden vrienden. De stip geeft allerlei dingen, zoals de zon, de maan, … tot op een moment dat ze niet meer krijgt wat ze wil en er ruzie ontstaat. STIP gaat over vriendschap, over geven en nemen, maar ook over ruzie maken en niet altijd krijgen wat je wilt. Het verhaal speelt zich af in een onbestemde ruimte en zit ergens tussen droom en werkelijkheid.’

EXit: Jullie spelen in op de fantasie van de kinderen?
Verkinderen:
‘Veel hangt inderdaad af van hun invulling. Ik heb bijna alle voorstellingen van de eerste speelreeks gezien en de reacties van de kinderen waren heel uiteenlopend. Ze hebben elk hun eigen interpretatie en zien er telkens heel andere dingen in. STIP is heel gebald, maar er zit tegelijk heel veel in. Dat is ook de sterkte van het stuk.’

EXit: Zijn er nog plannen met 4Hoog in de toekomst?
Verkinderen:
‘Ik heb voor het huis enkele jaren terug ook Zap, Zapper, Zapst gemaakt voor 6+. Een voorstelling waarin verschillende disciplines samenkwamen: dans, muziek, theater … Ik heb altijd heel graag met en voor kinderen en jongeren gewerkt. Op een bepaald moment werd ik gevraagd om kinderen te regisseren en heb een aantal jaren meegewerkt aan series voor Ketnet. Niettemin wilde ik ook graag andere dingen doen. Eigenlijk ben ik al een tijd niet meer met (jongeren)theater bezig.’

EXit: Waarom niet?
Verkinderen:
‘Ik pin me nergens op vast en kies voor het medium waarvoor ik een idee heb: theater, cabaret, film, tv of zelfs een boek. Dat is voor mijn ‘carrière’ misschien niet het meest interessant geweest, maar ik daag mezelf graag uit. Verhalen vertellen, dat is wat mijn werk verbindt. Hoe ik dat doe, kan dus variëren. Ik ben trouwens scenarist van opleiding en de laatste tijd keer ik meer en meer terug naar mijn oude liefde: schrijven. Op mijn tafel ligt nu een reeks kortverhalen die ik binnenkort met de buitenwereld wil delen. Je vindt het eerste verhaal op de site www.johanson.be.’

EXit: Je hebt ook filmplannen?
Verkinderen:
‘Ik ben ondertussen al twee jaar bezig met het scenario voor mijn eerste langspeelfilm. De eerste fase van een scenario is altijd een moeizaam proces. Ondertussen heb ik een producent gevonden die met me in zee wil gaan. De volgende stap is een regisseur strikken die mijn scenario in beeld kan brengen. Het duurt dus nog wel een tijdje voor de film ook effectief klaar zal zijn, wat niet uitzonderlijk is binnen de filmwereld.’ (SD)

 Info STIP, 4Hoog, 17 oktober, Biekorf Theaterzaal Brugge – 4 november, CC Scharpoord, Knokke-Heist – www.ccbrugge.be of www.cultuur.knokke-heist.be. De kortverhalen vind je op www.johanson.be

Na 14 oktober 2018: cultuur in de weegschaal

 De verkiezingen van zondag 14 oktober worden straks iets meer dan ‘a day in the life’. Er staat immers voor heel velen heel veel op het spel. De voorspellingen over mogelijke coalities en/of voorakkoorden zijn dan ook weinig meer dan wishful thinking. Voor een keer beslist alleen de kiezer. Wij richten onze belangstelling vooral naar de invulling van het beleidsdomein cultuur. Daarom onderstaande vier vragen aan vijf lijsttrekkers. Hoe mooi kunnen beloften zijn! (LF)

 1. Hoe evalueert u de inspanningen die Brugge de voorbije zes jaar heeft ontplooid op het gebied van cultuur en evenementen?

 2. Welke nieuwe accenten op cultureel gebied wil uw partij leggen bij een (eventuele) deelname in het nieuwe stadsbestuur?

 3. Wilt u, bij deelname, het beleid van de Triënnales voortzetten?

 4. Van welke programmapunten-cultuur wilt u desnoods een breekpunt maken?

             

              ***********************************

 Mercedes Van Volcem (Open VLD PLUS): ‘Van Triënnale naar Biënnale’

1. Er is een zekere culturele dynamiek ontstaan door de Triënnale. We juichen dat toe. De eerste versie werd niet zo geprezen, de tweede was een voltreffer. De Triënnale was positief voor inwoner en bezoeker. Ik zie het ook als een stadsvernieuwingsproject dat positief is voor de inwoner. Naast dit tijdelijk verhaal moeten we ook wel investeren in zaken die permanent zijn. De investering in een nieuw museum is echt nodig alsook grote tentoonstellingen. Ik ben ook grote fan van Airbag, Benenwerk en Klinkende Kroegen. Toch vind ik dat er een pleintjesplan en parkenplan moet komen. We moeten nagaan wat er waar kan en wanneer. De stad moet in balans blijven. We hebben een integraal plan over 15 beleidsdomeinen ‘stad in balans’.

Wat betreft tentoonstellingen met grote internationale allure zijn we er zelfs op achteruit gegaan. Dit laatste is te wijten aan het gebrek aan visie en daadkracht i.v.m. de nodige structurele investeringen in onze musea. Ook digitalisering bleef uit. Het Concertgebouw heeft zijn status als Vlaamse Kunstinstelling (dankzij Sven Gatz), maar fungeert te weinig als trekker voor culturele dynamiek in de stad.

 

2. Wij willen absoluut investeren in een volwaardig museumkwartier. Brugge heeft topstukken van wereldniveau in haar bezit, maar door een chronisch gebrek aan tentoonstellingsruimte zijn die vaak niet te bezichtigen. Open VLD PLUS heeft een duidelijke lange termijn visie op de ontwikkeling van een museumsite: uitbouw van de infrastructuur (sinds 1830 geen investering meer gebeurd), samenwerking tussen de bestaande museale entiteiten, museale plek voor kinderen met ruimte voor creatie, artisanale zone, hippe museumshop, spin-offs die ontstaan door de investeringen die ontstaan door de exposities, een toffe museumbar of-restaurant, open ruimte voor bezoekers … Brugge moet een permanente culturele hoofdstad van Europa zijn. We willen ook een netwerk van onze Brugse kunstenaars en galerieën stimuleren. Ik hou van bottum up.

 3. Wij willen zelfs nog verder gaan en van de Triënnale naar een Biënnale gaan. Wij pleiten ook voor een tweejaarlijks grote tentoonstelling met internationale allure, afgewisseld door een explosief evenement met hedendaagse kunst en architectuur.

 4. Wij hebben geen breekpunten. We willen wel dat een deel van het toekomstfonds gaat naar mensen en niet alleen naar stenen. Iedereen in onze stad moet zijn talent kunnen ontwikkelen. We willen investeren in mensen hun toekomst. We zijn ook voorstander van rolmodellen. We moeten kinderen laten dromen en laten geloven dat hun een mooie toekomst wacht waar ze ook geboren worden. Het Toekomstatelier vind ik fantastisch en wil ik graag in Brugge implementeren.

 

%d bloggers liken dit: