Exit Magazine

Maandelijks Brugs Cultuurblad

Maandelijks archief: oktober 2020

Er is leven na de dood…..

Ook in pijnlijke Coronatijden is er….EXit-november. Covergewijs doen we dat met Bruggeling Pascal Cornet die aan een literair oeuvre bouwt, ex-stadsdichteres Tania Verhelst presenteert haar eerste dichtbundel, Cactus pakt uit met een fors najaarsprogramma, diezelfde Cactus heft het glas op de definitieve plannen voor een nieuwe concertzaal, Jazz Brugge belooft een warme ontvangst…. EXit ligt op de vertrouwde afhaalplekken: boekhandels, bibliotheken en talloos veel andere locaties.

Burgemeester en schepenen beleven hilarische avonturen als… stripfiguren

Het is wekelijks uitkijken naar een nieuwe aflevering van Dictator Dirk in de Krant van West-Vlaanderen/Brugsch Handelsblad. Koen De Brabander (scenarist) en Bart Vantieghem (tekenaar) publiceren er sinds vorig jaar hun hilarische strippagina waarin burgemeester Dirk De fauw en zijn schepencollege doldwaze avonturen beleven. Nu zijn 45 van die komische verhaaltjes gebundeld in een eerste stripboek, mooi uitgegeven  door Uitgeverij Bonte (Sint-Michiels).

De hoofdrollen in de kleurrijke strip zijn gereserveerd voor Franky, Mathijs, Pablo, Anneke, Philip, Minou, Martine, Mercedes aka Desje en Zotte Pol in de beste mannelijke bijrol, maar het zijn vooral burgemeester De fauw en schepen van Cultuur Nico Blontrock die als respectievelijk Dictator Dirk en Lamme Goedzak/dikke ballon prominent op de voorgrond treden. Hun wekelijkse avonturen, telkens gebaseerd op een nieuwsfeit, zijn zo over the top en vaak zo grof dat het dan weer compromisloos grappig wordt. ‘Het eerste wat ik op vrijdagmorgen doe, is het Brugsch Handelsblad openslaan en de strip van ‘Dictator Dirk’ lezen. Niet met een bang hartje, maar wel telkens met een grote glimlach’, zegt burgemeester De fauw over zijn strippersonage. ‘Het Brugse schepencollege, met schepen Nico en mezelf op kop, krijgt er dan wel telkenmale van langs, gelukkig gieten Koen en Bart altijd een stevige humorsaus over hun ‘kritisch verhaaltje’. Iedere Brugse politicus van belang wordt in de strip door de mangel gehaald. De heilige huisjes worden neergehaald. Als politicus moet je over een brede rug beschikken als je in de spotprenten van ‘Dictator Dirk’ figureert. Maar zoals het spreekwoord zegt: ‘If you can’t stand the heat, stay out of the kitchen’. Wij kunnen er dus goed mee lachen.’ Ook schepen Nico Blontrock kan zijn getekende alter ego perfect relativeren. ‘Ik denk dat veel burgemeesters en schepenen van andere steden en gemeenten ons zelfs benijden. Wij leiden immers nog een tweede avontuurlijk leven… weliswaar op een hilarische manier en op krantenpapier! Het doet deugd om die wekelijkse verhaaltjes nu gebundeld te zien in een echt stripverhaal dat door het formaat en de felle kleurtjes op nostalgische wijze refereert aan de beeldverhalen uit onze jeugdjaren’, aldus Blontrock. (ADC)

____

Corona krijgt Iedereen Klassiek NIET/WEL KLEIN

We hadden het natuurlijk met z’n allen anders gewild, maar ook IEDEREEN KLASSIEK, voorzien op zaterdag 31 oktober, valt genadeloos onder de bijl. Jammer, spijtig, niet voor herhaling vatbaar. Het artikel ‘Corona krijgt Iedereen Klassiek niet klein’ in de papieren EXit van november krijgt u toch nog als blijk van positiviteit. Volgend jaar beter.

Foto Stokman & Vos en De Cloedt

Foute en andere foto’s over ‘onze kolonie’

Dekolonisatie is dezer dagen hot en Black Lives Matter prominent aanwezig. In de boekhandel vechten  oude en nieuwe titels om onze aandacht, en die liegen er niet om met titels als ‘Veroverd. Bezet. Gekoloniseerd. Congo’ van Mathieu Zana Etambala of de everseller ‘Congo’ van David van Reybrouck. Het jongste boek van de Brugse historicus Paul Van Damme sluit perfect aan in dat rijtje. ’Wit-Zwart in Zwart-Wit’, foto’s en verhalen uit Belgisch-Congo, verschenen in volle coronatijd. Dat verdient zeker ook onze aandacht.

Dit jaar is het zestig jaar geleden dat ‘onze Congo’ onafhankelijk werd. De vele herdenkingen hiervan gaven aanleiding tot een nieuwe kijk op ons koloniaal verleden en dat leverde heel wat kritische literatuur op, tot en met de excuses van Koning Filip: ‘De diepste spijt voor Belgische wandaden’.

Voor zijn boek ‘Wit-Zwart in Zwart-Wit’ dook Paul Van Damme in de talloze fotodatabanken die een vaak heel aparte kijk geven op de manier waarop blank en zwart koloniaal met elkaar omgingen. Hij speurde jarenlang in binnen- en buitenlandse archieven en hij mocht grasduinen in wat missiecongregaties, oud-kolonialen en bedrijven hebben achtergelaten over hun activiteiten ‘in den vreemde’. Alles samen leverde dat 200 pagina’s foto’s en verhalen op die steevast getuigen over de moeizame wijze waarop blank en zwart met elkaar omgingen.

Volgens Van Damme bestaan er miljoenen foto’s over die koloniale periode. Alleen al het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in Tervuren heeft meer dan 500.000 foto’s in haar archief.

Het selectiecriterium voor dit boek was dat blank en zwart samen op de foto moesten staan. Daardoor alleen al kon ruim 80 procent van het aanbod geschrapt worden. Het eindresultaat  is een mix geworden van originele foto’s, commerciële zichtkaarten en promopublicaties uit fotoboeken van toen en allemaal uit de periode voor 1960.

EXit: U noemt dit boek een aanzet om verder te kijken.

Paul Van Damme: ‘Zeker. Ik heb altijd geprobeerd de foto’s te situeren in hun historische context, en als er te weinig context was, werd dit vermeld. Toch is het precies het volledige verhaal dat zorgt voor ontwenning en ontnuchtering. Wat ook de bedoeling was. Het is een fotoboek geworden die ons koloniale verleden op een andere manier laat lezen.’

EXit: Vreest de auteur de kritiek niet?

Van Damme: ‘Ik ben er mij van bewust dat dit boek controverse kan oproepen, bij zowel Belgen als Congolezen. Op heel wat van deze foto’s kan het etiket ‘fout’ geplakt worden. Of racistisch, paternalistisch en koloniaal, of het soort verwijten dat een oud-koloniaal niet graag hoort.  ‘Dat was toen heel gewoon’ is de veelgehoorde kritiek en repliek. Toch heb ik het woordje ‘fout’ zoveel mogelijk vermeden. Het is immers aan de lezer om hier zijn conclusies te trekken.’  (LF)

____

‘Wit-Zwart in Zwart-Wit’, foto’s en verhalen uit Belgisch-Congo, uitg. Borgerhoff & Lamberigts, 49,95 euro

Paul Van Damme is de auteur van een leerrijke en indrukwekkende stapel historische boeken. In 2011 publiceerde hij, samen met Stijn Van de Perre, het naslagwerk ‘Zonder woorden? Een geschiedenis van België  in spotprenten’. In 2013 tekende hij voor ‘Vriend over vijand, de Grote Oorlog in spotprenten’. Ten behoeve van Bruggeling én toerist schreef hij in 2016 het vulgariserende ‘Brugge, Het verhaal van een Stad’. In 2018 stortte de auteur zich op een heikel thema: politieke propaganda in België in de periode 1935-1951. En nu is er ‘Wit-Zwart in Zwart-Wit, foto’s en verhalen uit Belgisch Congo’. (LF)

Creatieve jongeren gezocht tussen 16 en 18 jaar voor ‘Young Curators’

Jongeren tussen 16 en 18 jaar die zin hebben om samen met andere jongeren aan de slag te gaan met muziek, beeld, woord, dans of media kunnen dit najaar terecht bij Young Curators, een organisatie van Het Entrepot, Concertgebouw Brugge en Musica, Impulscentrum voor Muziek.

Deze derde editie van ‘Young Curators’, die loopt tussen november en midden februari, bestaat uit inspirerende workshops, een bootcamp en een toonmoment. Deze keer met het romantische ‘La Mer’ van Debussy als uitgangspunt. Jongeren krijgen helemaal carte blanche om hun ideeën eigenzinnig vorm te geven onder leiding van inspirerende coaches en kunstenaars. 

Young Curators is helemaal voor jongeren met ‘goesting’, voor makers die durven denken en denkers die durven maken, een bende die graag samen hun eindresultaat in een toonmoment wil delen en creatieve geesten die iets willen opsteken van kunstenaars, coaches en van elkaar.

Wie interesse heeft in het project komt af naar het ‘Infocafé’ op woensdag 14 oktober om 12.30 uur in De Tank (Burg 4, Brugge). Daar doen ze alles uit de doeken van wat men van ‘Young Curators’ mag verwachten. Inschrijven voor dit project kan natuurlijk ook al met een mailtje naar info@musica.be. (RD)

Expo ‘Me, Myself and I’ in Black Swan Gallery van 17 oktober tot 15 november

Hoe kijkt een kunstenaar naar zichzelf?

Maak het ultieme zelfportret. Dat was kort en bondig de opdracht die Kristoff Tillieu en Lieve De Cuyper, galerijhouders van Black Swan Gallery (Langerei 24), aan een divers gezelschap van nationale en internationale kunstenaars meegaven. Het resultaat van deze introspectieve zoektocht is te zien in de boeiende expo ‘Me, Myself and I’ die plaatsvindt van 17 oktober tot 15 november.

Al sinds de renaissance is het zelfportret in de kunstgeschiedenis een fascinerend thema. Denken we bijvoorbeeld maar aan ‘Portret van een man met rode tulband’ uit 1433 van Jan van Eyck. ‘We veronderstellen dat Van Eyck zichzelf op een naturalistische manier portretteerde’, zegt Kristoff Tillieu. ‘Opvallend daarbij is het devies ALC IXH XAN – vrij vertaald: zo goed als ik kan – dat bovenaan de lijst prijkt. Zijn credo, in combinatie met zijn weelderige klederdracht, getuigt van een hoog zelfbewustzijn als kunstenaar en mens. De opkomst van nieuwe media als fotografie en cinema in de 19de eeuw en audio en video in de 20ste eeuw brachten nieuwe mogelijkheden voor het genre met zich mee. Vandaag stellen we ons de vraag hoe de kunstenaar zich moet verhouden tot het genre. In onze hedendaagse beeldcultuur is het afbeelden van jezelf populairder dan ooit, zie de ongebreidelde mogelijkheden van sociale media. Voor een nieuwe tentoonstelling in onze galerij wilden we met dat interessant thema aan de slag gaan.’

Confrontatie met zichzelf

De opdracht van Black Swan Gallery aan een breed kunstenaarsgilde luidde: maak het ultieme zelfportret. ‘Geen gemakkelijke opdracht en eigenlijk redelijk intiem ook, want de kunstenaar wordt als het ware gedwongen om zichzelf compleet bloot te geven. Dat betekent dat hij keuzes moet maken: ga ik mijn angsten laten zien, mijn verlangen, mijn positieve of eerder negatieve kant in het daglicht stellen? Wil ik verleiden of eerder laten afschrikken? Dat zijn allemaal essentiële vragen die de kunstenaar moet stellen voor hij aan de slag kan gaan met dit thema in zijn eigen beeldtaal. Sommigen zullen sculpturen of geometrische voorwerpen creëren, anderen zullen dan weer teruggrijpen naar iets uit hun kindertijd. Zichzelf te kijk zetten is niet vrijblijvend. Elke pennen- of borstelstreek zal nauwgezet geïnterpreteerd worden. Dat maakt het extra spannend en intrigerend voor ons om deze expo in Black Swan Gallery op te bouwen’, zegt Kristoff.

Een dubbele opdracht

Geen één zonder twee, want Tillieu vroeg aan zijn deelnemende kunstenaars om ook van een naaste een indringend portret te maken. ‘Niet iedereen is hier op ingegaan, want dat is haast nog moeilijker. Je moet dit als kunstenaar ook durven doen, zeker als de naaste over je schouder meekijkt en er meteen een oordeel zal over vellen. De coronacrisis, en zeker de lockdown, was een periode waarin iedereen teruggeworpen werd op zichzelf en aan introspectie deed of kon doen. Voor veel kunstenaars leverde dat hele sterke confrontaties met zichzelf op die we in onze tentoonstelling ‘Me, Myself and I’ zullen terugvinden. Het wordt een boeiende ontdekkingstocht om te zien hoe diverse kunstenaars met verschillende media zichzelf aan de buitenwereld zullen presenteren’, aldus Kristoff Tillieu. (ADC)

_____

Van 17 oktober tot 15 november, open op zaterdag en zondag van 14 tot 18 uur of op afspraak. E-mail: info@blackswangallery.be – 0475 83 94 72

Deelnemende kunstenaars: Robberto & Milena Atzori, Bilal Bahir, Steven Peters Caraballo, Lieven Decabooter, Stief DeSmet, Horst Einfinger, Nick Ervinck, Laure Forêt, Tom Herck, Maaike Leyn, Louise Massacrier, Marion Moskowitz, Femmy Otten, Guy Slabbinck, Charles Szymkowicz, Hans Vandekerckhove, Hans van der Ham, Peter Van Driessche, Nathalie Vanheule, Jan Van Oost, Yves Velter, Guy Vording, Romain Weintzem en Alexi Williams Wynn.

www.blackswangallery.be

In bed met Kate Middleton

De Burg in Brugge mag dan al een rijke en veelvuldig beschreven geschiedenis hebben, over het Gouverneurshuis gaapte alsnog een leemte. Met de fijne uitgave van ‘Het Gouverneurshuis’ van het journalistieke Brugse duo Björn Crul en Roeland Van Den Driessche is ook dat gemis weggewerkt.

Het boek grasduint doorheen de geschiedenis van wat ooit een bisschoppelijk paleis was (dat de Franse Revolutie niet overleefde) en sinds de onafhankelijkheid van België (1831) als gouverneurswoning fungeert. Terzelfdertijd is het een mooi plaatjesboek geworden, vakwerk van de Brugse fotograaf Jan Verlinde, want deze gerenoveerde ‘tempel’ bulkt van het vakmanschap. Tenslotte is het ook een beetje het prestigeproject van gouverneur Carl Decaluwé.

Aan de renovatie van dit gebouw, op de plek waar ooit de Sint-Donaaskathedraal stond, is zeven jaar intens gewerkt. Het gebouw ging toen over in ‘Vlaamse handen’, het sein om van dit iconisch gebouw een soort prestigieus ontvangsthuis te maken. Het was dan ook minister-president Jan Jambon die de eer kreeg om het gebouw na de zeven jaar durende restauratie in te huldigen.

Het gebouw dat we vandaag kennen is in de loop der geschiedenis een aantal keren verbouwd. Vanaf 1559 maakten de bisschoppen er werk van om het gebouw een aparte stijl te geven, maar in 1794 was het verhaal, met dank aan de Franse Revolutie, over en uit. Na de Fransen (die en passant de Sint-Donaaskathedraal sloopten) was het de beurt aan de Nederlanders. In 1831 stond België dan weer op eigen benen en werd dit gebouw de gouverneurswoning. Zeven jaar geleden werd het gebouw Vlaams eigendom en startte de renovatie. Gouverneur Decaluwé zamelde extra middelen in om het kostenplaatje te drukken. Zo werd de woning vaak gebruikt als filmlocatie. Mooi werk leverde ook het Brugse VTI af met de restauratie van de antieke meubels. Terzelfdertijd werden 35 schilderijen uit de zolder gehaald en gerenoveerd. 

Aan anekdotes valt ook niet te ontsnappen. Zo kregen we een inkijkje in de ‘koninklijke suite’ waar Kate Middleton en prins William in juli 2017 de nacht hebben doorgebracht. Naar verluidt ‘was het een nacht die je alleen in films ziet’…  (LF)

_____

Het Gouverneurshuis, Björn Crul en Roeland Van Den Driessche, uitg. Lannoo, 25 euro

Hoofdbibliothecaris Koen Calis: ‘Onze bibliotheek ging veerkrachtig om met de nieuwe realiteit’

Een bibliotheek runnen in vredestijd is op zich al een grote uitdaging, maar boeken aan de man brengen in coronatijden is dat des te meer. De Brugse hoofdbibliothecaris Koen Calis weet daar intussen alles van. Hoe kijkt hij terug op deze troebele periode en hoe warm en levendig wordt de bibliotheek van morgen?

EXit: Na de lockdown hebben jullie een tandje hoger geschakeld.

Koen Calis: ‘We zagen het natuurlijk aankomen toen ons Jeugdboekenfeest niet kon plaatsvinden. Snel daarna gingen we oplossingen zoeken. Eerst herstelden we het contact met de kwetsbare groepen. Zo werd bibliotheek-aan-huis uitgebreid, leverden we boekenpakketten aan scholen en instellingen, en werden de lezers van de gevangenisbibliotheek op cel bediend. Vervolgens ontwikkelden we nieuwe vormen van dienstverlening. In april werden 10.000 reserveringen verwerkt om af te halen of thuis te leveren. Vanaf half mei kon de bibliotheek opnieuw open gaan met beperkingen.’

EXit: Klopt het dat Covid-19 de mensen doet lezen?

Calis: ‘Lezen kent een revival. Veel mensen grijpen terug naar boeken en niet alleen voor ontspanning of ontwikkeling, maar ook omdat ze troost en herstel bieden. Om dat zichtbaar te maken en mensen te verbinden via lezen, lanceren we nu Bruggeleest, een community van lezers.’

EXit: Hoe reageerde het personeel op de nieuwe situatie?

Calis: ‘Het was mooi om te zien hoe snel onze medewerkers gefocust hebben op de nieuwe realiteit en hoe veerkrachtig ze omgingen met de vele omschakelingen die we gekend hebben. In elke vestiging werden oplossingen bedacht om steeds meer open te zijn op een veilige manier. We zagen ook onverwachte collega’s opstaan die spontaan het initiatief namen of met hun positieve energie het team op sleeptouw namen. Bovendien konden we rekenen op de ondersteuning van andere stadsdiensten.’

EXit: Jullie kiezen nu ook voluit voor het onlineverhaal.

Calis: ‘Een belangrijk gevolg is inderdaad de versnelling van de digitale omslag. Die zal blijven. Je kan nu thuis digitale kranten en prentenboeken lezen, vanaf nu ook e-boeken via een online platform. Je kan werken afhalen of thuis laten leveren en online betalen. Je kan de digidokter online raadplegen. Leerkrachten en leerlingen in heel Vlaanderen maken dankbaar gebruik van de vernieuwde educatieve website gezelle.be. Lezingen werden online gegeven. De erfgoedaanvragen worden via scanning opgelost. De digitale omslag maakt het mogelijk om medewerkers en vrijwilligers thuis en in de bibliotheek anders te betrekken. Ze registreerden de collectie porseleinkaarten en verwerkten duizend Gezellebrieven voor het online editieproject.’

EXit: Digitaal klinkt hip, maar het vervangt de bibliotheek niet.

Calis: ‘Digitale collecties, diensten en participatie vervangen uiteraard de bibliotheek niet. Door eens all the way te gaan, beseffen we beter het belang van de publieke ruimte en de sociale interactie. Dat blijkt duidelijk in het nieuwe filiaal in Sint-Michiels waar we de lezers beter en veiliger kunnen ontvangen. Het is natuurlijk jammer dat de verbouwing van de Biekorf door de crisis pas eind 2024 kan worden opgestart. Intussen kunnen we wel de bib van Lissewege aanpakken. We gaan voor een evenwichtig model waar fysiek en digitaal elkaar versterken.’

EXit: Hoe gaat het nu eigenlijk met de bibliotheek?

Calis: ‘Het is er rustig en veilig. Er zijn minder bezoekers, maar daarom niet zoveel minder ontleningen. Het is wat instrumenteler. We missen natuurlijk alles wat een bibliotheek warm en levendig maakt. Maar sinds de zomer organiseren we weer workshops en culturele activiteiten in beperkte kring. Zo gingen de voorleessessies in openlucht door op een dekentje per gezin. We bekijken nu hoe we klassen kunnen ontvangen en de verblijfsfunctie wat kunnen uitbreiden. Zopas hadden we een uitgesteld mini-jeugdboekenfeest. We zagen iedereen intens genieten en de broosheid van het moment koesteren.’ (LF)

_____

http://www.brugge.be

Bouw mee aan kunstinstallatie voor Triënnale Brugge 2021

De Amerikaanse kunstenares Amanda Browder is één van de twaalf uitgenodigde kunstenaars die van 8 mei tot 26 september tentoonstellen tijdens Triënnale Brugge 2021. Amanda Browder maakt grote textielinstallaties samen met de plaatselijke bevolking.

Sinds 20 september kun je resten stof doneren in één van de verzamelboxen in de Brugse bibliotheken, bij In&Uit of in het Huis van de Bruggeling. Deze stofresten worden in het voorjaar van 2021 tijdens een aantal naaidagen aan elkaar gestikt. Iedereen die zin heeft, kan op deze dagen samen met de kunstenares de stof ordenen, aan elkaar pinnen en stikken tot één groot kunstwerk. Je hoeft geen kennis of ervaring te hebben met naaien. Alles wordt ter plaatse uitgelegd. Ook kinderen zijn welkom onder begeleiding van een volwassene. De concrete data en locaties van de naaidagen worden binnenkort aangekondigd op. (RD)

______

Amanda Browder’s “Land of Hidden Gems” on display on the HFA building at UNLV In Las Vegas, Nev. on April 5, 2019.

‘Gevoel en romantiek zijn mijn belangrijkste werkinstrumenten’

Ze zit vaak verscholen achter de lens van haar camera, maar sinds enkele maanden kun je haar meer terugvinden achter haar computer. Fotografe Femke den Hollander boort haar talent en alziend oog meer en meer aan voor het maken van stilistische videoclips. Op YouTube en het wereldwijde web zijn al ‘minifilms’ terug te vinden voor de groepen Slow Lee, Kuusi en straks ook SUMI. ‘Inspiratie komt als de zon onder is en de nacht blauw kleurt’, zegt Femke.

EXit: Heb je als fotografe met het creëren van videoclips een nieuwe passie aangeboord?

Femke den Hollander: ‘Ja, dat denk ik wel! Ik werk vaak met muziek in mijn koptelefoon. Soms stel ik vast dat de muziek waar ik naar luister mijn beelden versterkt. Dat is niet altijd zo, maar ik heb toch een paar toevallige magische momenten meegemaakt, waarbij iets iets anders, diep in mij, aanraakte. Mijn hart begint dan harder te kloppen. Heel de wereld klopt dan ineens ook. Het is een gebeurtenis. En het gebeurt nooit overdag, maar altijd als de zon onder is en de nacht blauw. Heel romantisch eigenlijk. Zo ben ik beginnen te experimenteren met het verbeelden van muziek die mij aanraakt, met zelfgemaakte film of met stukjes film uit oude Amerikaanse filmarchieven, waar ik in duizenden vrijgegeven natuurfilmpjes en homevideo’s rondstruin tot ik iets vind dat klopt met de muziek waar ik op dat moment naar zit te luisteren. Ik hoop dan dat ik hiermee ook iets moois of troostends kan geven aan andere mensen (die de filmpjes bekijken).’

EXit: Was de coronacrisis de aanleiding om voor bewegende beelden te kiezen?

Femke: ‘Ik had me al voorgenomen om in 2020 drie muziekvideo’s weg te geven. Ik had nog geen portfolio als muziekvideomaker, dus een soort van ruildeals maken met muzikanten, leek me een goede start. Met Slow Lee en Kuusi had ik al afspraken gemaakt, maar er was nog geen timing.  Ineens kwam er tijd vrij – door weggevallen opdrachten – om er werk van te maken. Ik ben heel blij met hun vertrouwen en met het resultaat. We hebben elkaar kunnen optillen en versterken.’

‘De periode tussen maart en juni was vooral een gelegenheid om die oude filmarchieven te ontdekken en te doorploegen.  Ik heb er een fotokunstproject uit gemaakt: ‘Patterns Of The Wild’, een reeks tripliekjes van filmstills waarin ik de relatie tussen de mens en de wilde natuur onderzoek. In die flow ben ik aan de videoclip begonnen voor ‘The Masquerade’ van Slow Lee. Met Fien Druyts van Kuusi ben ik dan in juni twee dagen gaan filmen aan de Franse Opaalkust. Na zonsondergang en voor zonsopgang. De nachten zijn heel kort in juni, we hebben niet veel geslapen. De film is daar ontstaan, in de omgeving die er was. Heel organisch.’

EXit: Mag iedere band nu aankloppen bij Femke den Hollander voor een clip?

Femke: ‘Ja en nee. Ik ben geen videoclip-machine. Ik werk alleen, zonder ploeg. Omdat mijn gevoel en mijn romantiek mijn belangrijkste werkinstrumenten zijn, moet ik wel vervoerd kunnen worden door de muziek die een band maakt. Eigenlijk heb ik een beetje verliefdheid op een band of een stem nodig. Als ik niet verliefd kan worden, dan vind ik ook niet de poëzie of de beelden. Een band kan mij ook geen scenario opdragen. Ze moet mij vertrouwen. Ik weet niet of ik daar in de toekomst veel klanten zal aan hebben, maar goed. We praten wel alles door samen. Ik wil authentiek werk maken dat voor beiden goed voelt.’

EXit: Wat is je volgende project in de videografische kunst?

Femke: ‘Op een nacht zat ik naar het album van SUMI te luisteren en oude homevideo’s te doorgraven. SUMI is een jonge jazzband die ik leerde kennen via KAAP. Precies op het nummer ‘Kowboy’ was ik bij een filmpje beland van een Amerikaans koppel dat een rondreisje aan het maken was in hun eigen staat Wyoming, bekend voor de rodeo’s trouwens. Een tamelijk slecht gefilmde video, maar daardoor ook net heel ontroerend. Ik dacht meteen: die film hoort bij deze muziek en omgekeerd. Ik heb direct een bericht gestuurd naar Mattias Geernaert van SUMI: ‘Mag ik jullie muziek lenen, please? Je krijgt er een video voor Kowboy voor terug!’ De band vond het goed en nu ben ik de muziekvideo aan het afwerken. Op 7 oktober komt hij uit. SUMI komt trouwens op de openingsavond van AMOK spelen op 2 oktober. Ideaal!’ (ADC)

_________

www.kaap.be en vimeo.com/femkedenhollander 

%d bloggers liken dit: