Exit Magazine

Maandelijks Brugs Cultuurblad

Categorie Archieven: EXit

Een ongehoorde profeet

Marc Wildemeersch fileert het turbulente leven van kabouter-agitator Roel van Duijn

Toe opa, vertel nog eens over Mei ‘68 en de Nederlandse ‘Kabouter-beweging’. Het waren dan ook turbulente tijden met Amsterdam als epicentrum voor politieke agitatie. Op de Dam werd geslapen, in het Vondelpark geblowd, maar overal doken nieuwe actievormen op die vandaag bon ton zijn. Inspraak was het toverwoord, weg met kernenergie, biologisch tuinieren een must, ban-de-bom-optochten en sit-ins waren favoriete kost.

De onbetwiste roerganger van deze zachte revolutie was woelwater Roel van Duijn, een man met grote verdiensten, maar blijkbaar zonder lijvige bibliografie en die is er nu wel. Pleger van dienst is Marc Wildemeersch uit Koolkerke. Voor zijn verhaal had hij niet minder dan 450 pagina’s nodig. Aanbevolen voor wie een en ander heeft meegemaakt.

EXit: Dit is toch een onwaarschijnlijk verhaal. Een Vlaming die de mosterd in Nederland haalt.

Marc Wildemeersch: ‘Het idee voor dit inderdaad lijvige boek kwam er tijdens een partijtje joggen op de Vesten tijdens een Klara-programma waarin Mei ’68 uitvoerig werd besproken en herdacht. Ik was toen nog heel onbekend met deze historie waarin begrippen als Provo, Kabouters, wethouders, bio-boer en opiniemaker de revue passeerden. Ik wilde toen meer te weten komen over een van de hoofdfiguren, maar er bleek weinig voorhanden, alsook een deugdelijke biografie. Meteen rijpte het idee om het zelf te proberen.’

‘Al lezend stelde ik vast dat Van Duijn, net als een figuur als George Orwell, een ‘ziener’ was. Hij was (en is) iemand die zijn tijd lang voorop was. Dat trekt mij aan: mensen die heel ver in hun engagement gaan, hoewel ze daardoor vaak verguisd worden. Van Duijn was alleen populair bij Provo(Nederlandseanarchistische protestbeweging) en bij jongeren. De burgerij lustte hem rauw, de Staatsveiligheid hield hem nauw in het oog.’

EXit: Hoe hebt u Van Duijn uit zijn kot gelokt?

Wildemeersch: ‘Met een mailtje en hij reageerde onmiddellijk met ‘kom eens naar Amsterdam’. Het klikte niet meteen, maar mijn echtgenote Ellen wist hem uiteindelijk over de streep te trekken. Nadien hebben we honderden e-mails uitgewisseld.’

‘Wat mij fascineert aan deze man? Vooreerst is het een figuur die zichzelf voortdurend heruitvindt. De ondertitel van het boek luidt niet zomaar ‘Provo, Kabouter, schaker, politicus, bio-boer, liefdesconsulent, historicus en opiniemaker’. Hij was het allemaal. Een van zijn grootste verdiensten is dat hij de talloze kleine snipperpartijtjes heeft samengebracht in GroenLinks.’

EXit: Hoe bent u te werk gegaan?

Wildemeersch: ‘Ik koos ervoor om het verhaal chronologisch op te bouwen. Ordenen naar thematiek is niet mijn ding. Daarbij werd ik een tijdje gecoacht door Evert Fennema, een vakman. Hij gaf mij de goede raad ‘Volg het pad van de vrouwen’. Heb ik gedaan. Het waren er vier in totaal en elk hebben ze een grote invloed op zijn leven gehad. Met drie ervan heb ik nauw contact gehad.’

‘Waarom het boek niet door een Nederlander is geschreven weet ik ook niet. Geen sant in eigen land, zeker? Bovendien heeft hij zijn werk aan een archief geschonken. Zo ijdel is hij wel.’

EXit: Tot slot: u noemt hem een ziener. Is dat niet een beetje hoog gegrepen?

Wildemeersch: ‘Tja, ik had die vraag verwacht en wellicht hebt u gelijk. Ik zou dat woord nu niet meer gebruiken. In Nederland is het bijzonder slecht aangekomen. Het roept daar vervelende connotaties op. Vandaag zou ik het woord ‘visionair’ gebruiken.’

_____

‘Roel van Duijn, een ziener in Nederland’, Marc Wildemeersch, uitg. Aspekt, 447 blz.

Van Duijn over Wildemeersch

‘Natuurlijk was ik getroffen door de presentatie van de biografie over mijn leven van Marc Wildemeersch. Hij deed dit bescheiden en nauwkeurig. Zoals hij is, ‘neutraal positief’ noemt hij het zelf. Hij heeft zich heel grondig in mijn leven verdiept, maar heeft tegelijk ook afstand gehouden, heeft zich niet overdreven geïdentificeerd met zijn hoofpersoon, maar is zichzelf gebleven met zijn eigen kijk op mijn streken.’ (LF)

Marec: ‘Tekenen tot mijn laatste dag? Daarvoor wil ik meteen… euh tekenen!’

Dat het afgelopen jaar een sombere tijd was voor cartoonist Marc De Cloedt alias Marec (67). Niet alleen het wereldtoneel (oorlog Oekraïne, energiecrisis politieke spanningen,…) zag eruit als een boksmatch, ook op persoonlijk vlak kreeg hij enkele zware uppercuts te verwerken. Hij verloor zijn broer Hubert aan corona en zijn beste vriend Ludo Van Hecke aan een agressieve kanker. ‘Als ik aan het tekenen ben, kan ik eventjes mijn hoofd leegmaken en mijn verdriet parkeren’, zegt hij. Die tekeningen belandden in zijn recente boek ‘De invallen van Marec’. Binnen afzienbare tijd verschijnt ook een boek (tekeningen én teksten) over zijn geliefkoosde Provence.

EXit: Je boek ‘De invallen van Marec’ biedt een round up van het jaar 2022 en dat levert niet bepaald een jolig plaatje op.

Marec: ‘Dit is mijn eerste boek na de coronacrisis. Ik heb massaal veel tekeningen gemaakt over deze wereldwijde crisis, maar ik was toch blij dat ik afscheid kon nemen van het virus. Jammer genoeg heb ik ook afscheid moeten nemen van mijn oudste broer Hubert die net gestorven is door dat virus … (Stilte)’ 

‘Dat was een heftige periode, want vorig jaar heb ik ook mijn beste vriend Ludo verloren. Vijftig jaar lang hadden we op vrijdagavond onze vaste ‘date’ waar we op café het nieuws van de voorbije week bespraken met een goed glas. En dan kreeg hij plotseling slecht nieuws te horen. Ik stond heel dichtbij bij alle twee…  Als ik uit het ziekenhuis kwam, kon ik mijn verdriet wat achter mij laten en me concentreren op mijn werk. Het klinkt haast therapeutisch, maar op het moment dat ik aan het tekenen was, dan dacht ik er eventjes niet aan. Het neemt niet weg dat er toch somberheid in mijn werk binnensluipt.’

EXit: Het compenseert met de zwierigheid van je tekeningen.

Marec: ‘Ja, dat vind ik – in tegenstelling tot het beroep van een stand-upcomedian – persoonlijk het voordeel om cartoonist te zijn. Ik krijg de mogelijkheid om eens over onderwerpen te tekenen die niet zo leuk zijn. Een tekening moet daardoor niet per se humor bevatten, maar mag ook al eens een beeld zijn om over na te denken. Voor mij is het ook een manier om alle ellende van me af te schudden.’

‘Al weet ik niet of dat een goede evolutie is voor mezelf. De hele dag door hoor en kijk ik naar ‘het nieuws’ en daar word ik niet meteen vrolijk van. Als je dan ’s avonds zapt naar andere zenders, dan zie je overal mensen in spel- en andere programma’s schaterlachen. Het zijn verwarrende tijden voor een cartoonist. Gelukkig krijg ik vaak reacties van mensen die zeggen dat mijn tekeningen in de krant hun dag opfleuren. Het wordt ook wel van mij verwacht, al ben ik geen machine waar de tekeningen zomaar uit vliegen.’

EXit: Verdriet is universeel, mensen vinden ook troost in je tekeningen die over je persoonlijk leven handelen.

Marec: ‘Zeker, want iedereen wordt al eens geconfronteerd met het verlies van een dierbare. Op dat moment kan mijn tekening dan troost bieden voor wat zij hebben meegemaakt. Ik ben blij dat ik die vorm voor mezelf heb toegelaten. Vroeger dacht ik dat ik me volledig moest afschermen van alle persoonlijke indrukken en me alleen maar moest bezighouden met de nationale politiek of het internationale wereldtoneel. Niet dus.’

EXit: Gaan je cartoons internationaal? Je raakt toch universele thema’s aan?

Marec: ‘Daar heb ik niet echt zicht op. En ik beken dat ik daar ook wel wat schrik voor heb, zie wat er gebeurd is met Charlie Hebdo. Een cartoonist die voor dat blad tekent, weet voor wie zijn tekening bestemd is, want kent zijn publiek. Je kunt die tekening niet zomaar ‘isoleren’ en op sociale media publiceren. Voor je het weet belandt die cartoon op iemands tafel in Iran die de context niet begrijpt. En dan is het hek van de dam. Enige tijd terug heb ik een voorval gehad met Romelu Lukaku. Ik had een sporttekening gemaakt over Anderlecht en plots kreeg ik vanuit Engeland een hele stormloop over me heen. Ze begrepen de context niet en eisten dat ik mijn excuses zou aanbieden. Waarom zou ik me moeten excuseren als iemand de tekening niet snapt? Dat was niet fijn, maar ik heb het me niet aangetrokken, want anders kan je maar beter de boel sluiten.’

EXit: Ik wil je complimenteren met je ‘begeleidende’ teksten in het boek. Je zou een hele goede columnist zijn.

Marec: ‘Daar krijg ik inderdaad wel goede reacties op. Toen ik jong was, wilde ik cartoonist worden… maar ook journalist. Ik schreef graag en doe dat nog altijd met plezier. Het is een moment om eens bij jezelf stil te staan en het laat me toe om de dingen die ik niet teken in woorden om te zetten. Soms zeggen duizend woorden meer dan één tekening …’

‘Voor mijn boek over de Provence heb ik al negentig bladzijden tekst geschreven. Het is niet volledig klaar, ik neem er mijn tijd voor om dat af te werken.’

EXit: Is perscartoonist een uitstervend beroep?

Marec: ‘Zeker voor de papieren krant. Ik zal sterven met de papieren krant. Sterker nog: ik zal erin geëmballeerd worden! De nieuwe generatie ‘cartoonisten’ werkt ook anders, ze mikken veel meer op illustratief werk. Mij zegt het niet zo veel omdat vaak het persoonlijke aspect erin ontbreekt. In mijn werk streef ik naar eenvoud. Je hoeft niet de hele krant te lezen om mijn tekening te begrijpen.’

‘Daarnaast zijn de plaatsen in de traditionele media voor nieuwe cartoonisten ook wel dun bedeeld. Zelf zou ik graag nog heel lang willen werken. Het is mijn levenswerk. Hoe ouder je wordt, hoe interessanter je stem klinkt, vind ik. Je kunt al eens terugblikken op de veranderende wereld. Of ik tot mijn laatste dag wil tekenen? Zeker, daar wil ik meteen… euh voor tekenen!’ (ADC)

_____

Tekeningen van Marec zijn dagelijks terug te vinden in Het Nieuwsblad en aan de muren van ‘De Loge van Marec’ in de Sint-Jakobsstraat.

Brugse bands nemen het rijke oeuvre van Prince onder handen

Op 21 april zal het zeven jaar geleden dat The Artist Formerly Known As Prince (TAFKAP) op 57-jarige leeftijd het tijdelijke voor het eeuwige heeft geruild. De muziek van Zijne Purperen Hoogheid leeft wel nog steeds verder in ons hoofd en hart. Een resem Brugse bands brengt op zaterdag 18 maart een ode aan hem op een nieuwe Brugotta Tribute in de Stadsschouwburg.


Dat Prince een omvangrijk oeuvre bij elkaar heeft gecomponeerd, staat buiten kijf: onder zijn eigen naam verschenen alleen al ongeveer 50 muziekalbums. Het is voor de Brugse bands dan ook geen sinecure om er dat ene nummer uit te pikken dat dit muzikale genie typeert. ‘Ik heb misschien wel voor zijn bekendste nummer gekozen’, zegt Jente Neels. ‘’Purple Rain’ is voor mij het beste nummer ooit geschreven. Alles aan dit nummer bezorgt mij kippenvel. Er hangt voor mij ook veel emotionele waarde aan dit nummer en het heeft mij door veel moeilijke én mooie momenten in mijn leven gesleurd.’

‘We hebben een grote affiniteit met funk en soul, dus dan komt Prince vroeg of laat automatisch wel op je radar’, zegt Stijn Van Kerkhove van House of Lio. ‘We zijn geen die-hard fans, maar weten absoluut de genialiteit van zijn muziek te appreciëren. We kozen het nummer ‘The Most Beautiful Girl In The World’. Als 90’s kid heeft het nummer voor mij wel wat nostalgische waarde en toen ik het voorstelde aan de rest van de band, was iedereen wel te vinden om er iets leuks van te maken.’

Locus Control, het ‘instrumetal’ collectief met een sound die meandert tussen heerlijk hard en melancholisch melodieus, kiest dan weer voor ‘Batdance’ van de soundtrack die Prince schreef voor de Batman-film met onder meer Michael Keaton, Jack Nicholson en Kim Basinger. ‘Dit leek een goede keuze aangezien we een instrumentale band zijn en er in dat nummer nauwelijks zang zit. Het is een zeer eclectisch nummer met veel breaks, veranderende ritmes, veel electronica. Het was kwestie van de juiste elementen door onze filter te duwen. Na vele uren sleutelen heeft het zijn vruchten afgeworpen, want we zijn zelf heel erg tevreden over het eindresultaat’, zegt Stefaan Bonte.

In het Brugs

Enkele opvallende bewerkingen van de nummers van Prince komen op rekening van onder meer Kip Flowlier (zelf een tributeband, maar dan van Flip Kowlier), Maanbar en Oltid Olsan: zij gingen respectievelijk met ‘I Would Die 4 U’, ‘Eila’ en ‘Nothing Compares 2U’ resoluut voor een schitterende vertaling naar het Brugs. ‘Het heeft geen zin om een nummer van Prince te proberen naspelen. Dat is als een gigantische puzzel die enkel Prince zelf kon maken. Maar je kan met enkele stukjes wel je eigen puzzeltje maken’, aldus Ward Snauwaert van Oltid Olsan.

Verwacht ook een aparte versie van ‘Let’s Go Crazy’ in een dance-versie van We Are Ooh People en ‘I Would Die 4 U’ van The Bare Necessities, een gemengd koor met een veertigtal leden van alle leeftijden, onder leiding van Yentl Vanderiviere, de jongste van de groep. Conclusie? Prince leeft! En dit dankzij de Brugse muziekscene. (ADC)

_____

www.ccbrugge.be

Biografie én verjaardagsconcert voor succesproducer Patrick Hamilton

Op zaterdag 18 maart mag producer, componist en songschrijver Patrick Hamilton van The Globe zijn 60ste verjaardag vieren met een uniek concert in het Concertgebouw. Onder de noemer ‘An evening with Patrick Hamilton & Friends’ komen een resem gastartiesten langs om hem muzikaal te fêteren. Voor wie Patrick beter wilt leren kennen, is er nu zijn biografie ‘Van mijn zolderkamer tot Abbey Road’ waarin hij zijn carrière uitvoerig beschrijft. We lichten er drie opvallende passages uit.

De grootste muziekbeurs ter wereld

‘Als zestienjarige trok ik voor het eerst in mijn leven naar de Frankfurter Musikmesse, de grootste muziekbeurs ter wereld. Alle (top)merken, zoals Hammond, Roland en Yamaha, hadden er hun eigen stand. Ik voelde me als in een speelgoedwinkel. Voor mij was Hammond het summum. Op die beurs werd mijn droom aangewakkerd om ooit voor hen te gaan werken. Wat ook zou gebeuren. Roger Danneels schuimde beurzen af voor Hammond en ik vergezelde hem, om te spelen. Daar hebben bonzen van dit elektromechanische orgel mij ontdekt. Na de dood van Roger in 1982 belden ze me op met de vraag of ik voor hen wou werken. Dit hoefden ze me uiteraard geen tweemaal te vragen. Als muzikaal uithangbord moest ik in opdracht van Hammond concerten geven om hun merkbekendheid te promoten. Ik diende alles uit dat orgel te halen. Muziekwinkels uit een bepaalde streek stuurden potentiële klanten naar die promo-concerten en het was aan mij om hen over de streep te trekken om zelf ook zo’n instrument aan te schaffen.’

Jaarlijks 200 producties

‘Het succes van ‘Laat de zon in je hart’ van Willy Sommers gaf mijn carrière een nieuwe dimensie. Achteraf bekeken was dit nummer het startschot van zes hectische jaren. Van 2007 tot 2013 kwamen er in The Globe Recording Studios elk jaar een kleine tweehonderd producties tot stand. Ik had mijn studio nog maar eens opgewaardeerd, zodat het complex vier opnameruimtes telde. Daarnaast had ik ook een vast team in dienst dat mij elke dag assisteerde en aan nieuwe songs werkte. Verschillende Vlaamse artiesten die toen sier maakten in de Ultratop liepen bij wijze van spreken mijn deur plat; Tijdens de absolute wonderjaren van The Globe Recordings Studios heb ik in Loppem een album opgenomen met Laura Lynn. Een echt plezier om met een artiest samen te werken die zo goed voorbereid naar de studio komt. ‘Goud (van hier)’ – een ware tongbreker voor West-Vlamingen – is een album vol Nederlandstalige covers, dat twee weken lang de Ultra Album top 200 aanvoerde en platina haalde. Ook de single ‘Dans je de hele nacht met mij’, een bewerking van een compositie van Burt Bacharach en Hal David, piekte in de Ultratop op de eerste plaats. Het was een album waar ik mij ook als arrangeur echt kon laten gaan. We namen op met strijkers, blazers, backings, kortom alles met live muzikanten. Iets wat in het Schlager genre zelden gebeurde wegens de kostprijs. Misschien zat daar de reden van het succes voor dat album? Of ook niet, want ik heb ook geleerd in de loop der jaren dat kwaliteit niet altijd gepaard gaat met succes.’

Nummer één in Japan

‘Met de jonge meidengroep Girls’ Generation scoorde ik een nummer 1-hit met ‘Not alone’. Dat lied had ik tien jaar eerder gecomponeerd. Oorspronkelijk had ik deze song voor de Nederlandse zangeres Do geschreven. Dit kwam er niet van, omdat in die periode haar vriend en keyboardspeler het leven liet in een auto-ongeval. Voor die nummer 1-hit, die ik bij de herwerking op Japanse leest had geschoeid, had ik ook de tekst geschreven, maar daar bleef in de uitvoering van Girls’ Generation niet veel van over. Enkel de titel.‘Not alone’ kregen ze immers niet uitgesproken in drie lettergrepen. Na de release begon de kassa meteen te rinkelen, want in de eerste week alleen al

werden er 450.000 cd-singles verkocht, fysieke exemplaren trouwens. Het werd zo’n kolossale hit dat ‘Not alone’ één week lang de vierde bestverkochte single ter wereld was. Op mijn eerste Japanse royaltycheque stond dan ook een mooi bedrag. Tijdens twee tournees sloot Girls’ Generation hun concerten af met dit nummer. Alleen al in de Tokyo Dome, een groot stadion trouwens, zongen 55.000

mensen ‘Not alone’ mee. Kippenvel. Bijkomend zijn veel mensen dit nummer op hun piano of keyboard beginnen spelen en plaatsten ze dat op Youtube. Ik vind dit super en het geeft me ook een trots gevoel om die vele instrumentale versies te zien en te horen.’ (ADC)

 _____

Tickets via www.concertevents.be

Van neo-klassiek tot coole queerpunk: Cactus Muziekcentrum verwent alle oren

De nieuwe zaal van Cactus Muziekcentrum aan de Bargeweg heeft zijn start in het najaar 2022  niet gemist. Al ettelijke maanden kunnen de liefhebbers van vele muziekjes terecht in deze nieuwe zaal met een uitmuntende akoestiek. Programmator Felix Van De Loock laat zijn licht schijnen op al het fraais dat in de komende weken en maanden het podium zal betreden. 

EXit: Hoe verliepen de eerste concerten in de nieuwe thuisbasis van Cactus Muziekcentrum? Voelen de bezoekers er zich al ‘thuis’?

Felix Van De Loock: ‘We kijken met veel tevredenheid terug naar het najaar 2022. Mensen vinden vlot de weg naar onze nieuwe club en we horen ook dat in het muzieklandschap de zaal over de tongen gaat. Dit lijkt zich ook te gaan vertalen in het aanbod dat we krijgen van artiesten die naar Brugge willen komen. Ik ben alvast heel enthousiast over wat we al hebben kunnen aankondigen en wat er nog in de pipeline zit.’

EXit: Belpop boven met het optreden van School is Cool op vrijdag 10 maart. Wat heeft deze energieke band én oud-winnaars van Humo’s Rock Rally (2010) in petto voor het Brugse publiek? 

Felix: ‘Ondertussen heeft de band een hele resem hits onder de arm die ze meenemen naar Brugge. School is Cool is een Belpopband die altijd z’n eigen ding is blijven doen, wat we heel straf vinden. Hun liveshows zijn ook altijd stevige indierockfeestjes.’

EXit: Is het concert van de Kortrijkse band Mooneye op woensdag 15 maart de eerste in jullie nieuw café? 

Felix: ‘We hadden al Duke Garwood in januari en Ghost Woman komt er ook nog voor in maart. Normaal ging het concert van High Vis ook in het café plaatsvinden, maar door de enorme vraag naar tickets moesten we die verplaatsen naar de zaal. Mooneye speelt bewust een aantal ‘underplays’ om zich voor te bereiden op hun Europese tour. Dit concert was dan ook in een mum van tijd uitverkocht.’

EXit: Een soulvol nummer als ‘Told You So’ van Adja komt wel binnen. Wie is deze veelbelovende artieste die op donderdag 23 maart naar het Cactus Café komt? 

Felix: ‘Adja is een soul- en jazz-zangeres met een enorm krachtige stem die net haar neus aan het venster komt steken. Ze wordt ondersteund vanuit het kansenparcours Sound Track, waar onder andere Meskerem Mees, Bluai en Meltheads uit voort kwamen. Haar debuut-EP komt uit op jazzlabel Sdban. Ze wordt vergeleken met Erykah Badu, Lianne La Havas en Solange.’

EXit: Brugs talent op de bühne: op vrijdag 24 maart treedt The Christian Club op. Wie is deze ‘club’?

Felix: ‘The Christian Club is de groep rond singer-songwriter Luca. Ook zij zitten in deze lichting van Sound Track. Ze maken atmosferische folk die wat doet denken aan King Krule. Veel talent!’

EXit: Ze verzorgen het voorprogramma van de post/metalband Brutus waarvan hun single ‘Victoria’ me nu al maanden bekoort. Ik kan me voorstellen dat ook jij blij was toen drumster/zangeres Stefanie Mannaerts onlangs een MIA in ontvangst mocht nemen? 

Felix: ‘Zeker verdiend! Voorlopig staat het record van snelst uitverkochte Cactus Club-concert trouwens op naam van Brutus. Benieuwd wie deze gaat verbreken!’

EXit: Jullie vieren Piano Day op woensdag 29 maart met een concert van Noah Vanden Abeele? 

Felix: ‘Klopt. Naoh is een heel getalenteerde pianist. Live brengt hij steeds een strijkensemble mee. Een opkomend talent voor fans van het betere neo-klassiek.’

EXit: De prijs voor de band met de fijnste groepsnaam gaat ongetwijfeld naar Winston Surfshirt! Wat kun je ons vertellen over deze Australische band die op donderdag 20 april langskomt? 

Felix: ‘Het zijn vijf Australiërs die hele catchy indiepop maken met soul en hiphopinvloeden. Ze werkten al met heel veel mensen samen, van Dope Lemon tot blackwave. Net zoals de naam blijft een Winston Surfshirt-song meteen in je hoofd zitten.’

EXit: David Eugene Edwards kennen we van 16horsepower en Wovenhand. Wat brengt zijn soloconcert op woensdag 26 april? 

Felix: ‘Edwards gaat solo door de volledige catalogus van 16horsepower en Wovenhand. Een must see voor fans van americana met een gothic touch.’

EXit: Cactus is van vele muzikale markten thuis en daarin mag een flinke scheut postpunk niet ontbreken. Daar zorgt DITZ voor op woensdag 3 mei: moeten we onze helm aandoen? 

Felix: ‘Yes! Af en toe mag er eens stevig gas gegeven worden. DITZ is een coole queerpunk band die rauwe punkenergie combineert met noiserock. Voor fans van Fugazi, Girl Band en Black Flag.’

EXit: Mogen we ons op maandag 8 mei aan iets bijzonders verwachten met Uncle Acid & The Deadbeats, Blood Ceremony en Gaupa? 

Felix: ‘Uncle Acid is een van de grootste hedendaagse bands in het doom- en stonergenre. Hun muziek wordt vaak vergeleken met Black Sabbath: logge en diepe riffs en psychedelische groove. Ze gaan onder meer mee op tour met Ghost en headlinen festivals als Dessertfest. Rockfans die hen nog niet kennen, moeten ze zeker eens checken.’

EXit: Waar mogen we de muziek van Annelies Van Dinter alias Echo Beatty situeren als ze op woensdag 10 mei in het Cactus Café speelt?

Felix: ‘Echo Beatty maakt sferische gitaarmuziek die doet denken aan Sharon Van Etten en PJ Harvey. Haar plaat komt binnenkort uit op Unday. Een beetje een goed bewaard geheim in België.’

EXit: Erlend Øye is een Noorse singer-songwriter die geprogrammeerd staat op vrijdag 19 mei. Zijn naam en afkomst alleen al doen zoete popsongs vermoeden?

Felix: ‘Oye is natuurlijk bekend als de man achter Kings of Convenience en The Whitest Boy Alive. Sinds hij verhuisde naar Sicilië bracht hij daar een band bij elkaar, La Comitiva. Samen met hen steekt hij zijn typische akoestische liedjes in een zuiders jasje.’

EXit: Is de muziek van de Australische groep Surprise Chef op dinsdag 23 mei iets voor fijnproevers?

Felix: ‘Zeker! We krijgen heel veel respons op dit concert vanuit heel België. Surprise Chef speelt instrumentale jazz, funk en soul met invloeden van 70’s soundtracks en hiphopgrooves. Voor fans van Khruangbin en El Michels Affair. Worldwide-baas Gilles Peterson is fan!’ (ADC)

_____

www.cactusmusic.be

De Gistfabriek toont 125 jaar (foto)geschiedenis

De lange fabrieksmuur langs de Komvest toont nog tot 30 juni de boeiende fotogeschiedenis van een van Brugges oudste bedrijven: de Gistfabriek. Het idee voor de fototentoonstelling kwam er wellicht na of tijdens de corona-expo ‘Sluitertijd’. Fotograferend Brugge toonde zich hierbij van zijn creatiefste kant. Deze tentoonstelling tapt uit een ander vaatje met ‘het leven zoals het was’.

Deze fabriek intra muros is vandaag ondenkbaar, maar toen heel gewoon. Het kent een lange geschiedenis met heel wat ingrijpende veranderingen. Het begon klein: de familie van Jules Verstraete startte de fabriek in 1897 met de bedoeling er een landbouwstokerij uit te baten. Kort daarna verkocht hij het bedrijf aan de ‘Nederlandsche Gist-en Spiritusfabriek’.

Meer dan een eeuw lang werd de fabriek gebruikt voor de aanmaak van gist en alcohol. Buurtbewoners namen de kwalijke geuren er ongevraagd bij. De toenmalige stadskrant De Lastige Bruggelingvoerde hiertegen wel actie onder de noemer ‘Gejaagd door de gist’. 1969 was een keerpunt voor de Gistfabriek. Het ging over in Amerikaanse handen onder de naam Genencor International. Het bedrijf specialiseerde zich in de aanmaak van enzymen én in een goede verstandhouding met de buurt.

Al die tijd is de fabriek ook blijven bouwen, verbouwen … en slopen om er in 1985 een gloednieuwe fabriek neer te zetten aan de Handelskom. Kunstzinnig Brugge vond de sloop van de oude fabriek maar niks en droomde er luidop van om het gebouw in te richten voor moderne kunst. Een pamflet ‘Elegie om een gistfabriek’ (van Piet Swimberghe & Bruno Cauwenberg) bracht geen zoden aan de dijk. Het mooiste deel van de fabriek is vandaag zonder meer het unieke kantoorgebouw in art deco stijl op de hoek van de Komvest en de Wulpenstraat.

De foto’s en de tentoonstelling tonen hoe het bedrijf al die tijd fors heeft geïnvesteerd in sociale voorzieningen. Hier ontstond onder meer de turnkring Rust Roest en andere (sportieve) initiatieven. Het hele bedrijfsarchief rust vandaag in het Stadsarchief. (LF)

____

De buitenexpo loopt nog tot 30 juni aan de Komvest.

Maanbar: ‘Voorliefde voor popsongs met een giftig randje’

Voor Nederlandstalige songs die net iets anders klinken, ben je bij Maanbar aan het juiste adres. Deze groep van Dicky Antoine (stem, gitaar), Kris De Busscher (drum, stem), Lieselotte Steenkiste (bas, stem) en Tom Van den Abeele (gitaar, stem) bracht net hun tweede EP uit: Tox Pop.

EXit Mag ik Maanbar omschrijven als een kruising tussen The Scene en Bazart?

Dicky Antoine: ‘Ik denk dat die vergelijking wel mooi is. We vinden ze in ieder geval flatterend! Voor de nieuwe EP denk ik dat we ook onbewust teruggrepen naar sommige guilty pleasures uit de jaren 80, maar evengoed er iets gemeens in wilden steken van punk. Vandaar ook de naam van de EP: Tox Pop. We hebben een voorliefde voor popsongs, maar er moet echt wel iets giftigs aan zijn, anders is het weer te gelikt.’

EXit: Vanwaar de keuze voor de Nederlandse taal? In muziek zijn teksten in het Nederlands recht-voor-de-raap? 

Dicky: ‘Ik weet niet of dat nu echt een keuze is. Je eigen taal is in ieder geval direct en net daarom is het belangrijk om er je eigen toon in te vinden. Het is bijna paradoxaal dat je met minder moeite iets intiems gezegd krijgt in een andere taal. In het Nederlands komt zoiets onvertaald binnen. Daar houden we wel van, al schrijven we bewust geen verhaalteksten met pointes. Beelden zijn voor ons meer van belang. Ik houd zelf ook meer van dergelijke teksten, zowel in het Nederlands als in het Engels of het Frans: iets waar ik een beeld bij krijg, een stuk conversatie en daar dan de scène bij bedenken.’

EXit: Jullie nieuwe (tweede) EP TOX POP bevat vier nummer waar de liefde in al zijn facetten centraal staat. Een ‘geliefd’ thema om over te schrijven/musiceren?

Dicky: ‘Je zou bijna kunnen stellen: als je niet over de liefde schrijft, waar schrijf je dan over? De vele facetten van de liefde zijn interessant … Lust, uiteraard, maar evengoed het onuitgesprokene tussen twee partners: je lijkt het te weten, maar het wordt niet gezegd. Of een smeekbede van iemand die meer wil zijn dan gewoon friends with benefits. Of de vraag hoezeer een relatie je identiteit bepaalt. Maar we hebben evengoed andere thema’s, hoor. Klimaatopwarming zowaar en in onze setlist zitten wel wat songs die misschien als protest kunnen worden gezien. We coverden en vertaalden ook het magistrale ‘Age of Self’ van Robert Wyatt en ‘If I Had A Rocket Launcher’ van Bruce Cockburn.’

EXit: Maanbar bestaat al sinds 2016. Welke evolutie hebben jullie al doorgemaakt?

Dicky: ‘Uiterlijk is het duidelijk te merken: onze nieuwe bassist is een bassiste. Lieselotte doet ons beter spelen. Ik geloof dat we door haar de Brugotta Award kregen voor meest zinnenstrelende act … Alle gekheid op een stokje: we zijn nog steeds een hechte band die ervoor gaat met veel energie. In onze songs zit wel een evolutie. Daar zijn meer elektronische elementen aan toegevoegd. Er wordt ook meer op keyboard gecomponeerd. Ergens dwong corona ons meer in die hoek en dat zorgde voor interessante songs. We stapten af van de idee dat de songs live hetzelfde moeten zijn als op plaat en lieten toe om gewoon live-versies te maken van onze eigen demo’s.’

EXit: Welke plannen smeden jullie in de toekomst met Maanbar? Dromen jullie van festivalweides? Of liever de rode pluche van de Stadsschouwburg waar jullie al een aantal keren hebben opgetreden?

Dicky: ‘Wie zegt dat we niet van beide dromen? De Stadsschouwburg blijft een heerlijke plek en we zijn altijd vereerd dat we er mogen spelen, zeker voor de Brugotta Tributes of Awards. Maar we zijn ook rockers die het graag in openlucht doen, waar het publiek niet gebonden is aan de pluche van hun zetel, maar het bier al eens morst op de schouder van wie voor hem staat. En toch: zo’n kleiner zaaltje, zoals in De Kelk, met een goede PA en het zweet dat al van je glijdt nog voor het tweede nummer … Het is moeilijk kiezen. (lacht)’ (ADC)

____

http://www.maanbar.be

UiTPAS Brugge: hebt u ‘em al?

Wie op zoek is naar een vrijetijdskaart waarmee men voordelig cultuur-, sport- en jeugdactiviteiten kan beoefenen, kan vanaf nu de UiTPAS regio Brugge aankopen in In&Uit (’t Zand). Met UiTPAS-activiteiten spaar je eenvoudig punten die je opnieuw kunt inruilen voor interessante voordelen of kortingen. Deze regionale vrijetijdskaart is een samenwerking tussen negen gemeenten en ondersteunt meer deelname aan cultuur, sport en vrije tijd.

Al heel wat kinderen en volwassenen genieten van de UiTPAS-voordelen bij verschillende vrijetijdsorganisaties in Vlaanderen en Brussel. Vanaf nu kan dit ook in de regio Brugge. Iedereen kan de digitale vrijetijdspas aankopen (5 euro) en gebruiken wanneer hij/zij deelneemt aan sport-, cultuur- of vrijetijdsactiviteiten. Met UiTPAS-activiteiten spaar je eenvoudig punten die je opnieuw kunt inruilen voor interessante voordelen of kortingen. In Brugge kun je met de UiTPASalvast terecht in alle bibliotheekfilialen, Cinema Lumière, KAAP en Circusatelier Woesh. Vanaf de zomer 2023 zal het aanbod nog uitbreiden.

UiTPAS met kansentarief

Voor wie een laag inkomen heeft, is er de UiTPAS met kansentarief. Deze vrijetijdspas is dezelfde als de gewone UiTPAS en koop je al voor 1 euro. Naast de gewone voordelen krijgt men ook 80% korting op het basistarief van UiTPAS-activitei­ten in de regio Brugge. (RD)

_______

Alle info en een overzicht van de verkooppunten is terug te vinden op www.brugge.be/uitpas

Boeddha in het Begijnhof

Er staat geen rem op de boekenoogst die Brugse auteurs sinds corona bijeen hebben gepend. De jongste telg heet ‘Zijnsvergetelheid’, de auteur Trees Dewever, met het Begijnhof (waar de auteur woont) als achtergronddecor. Haar boek leest als een gedicht, zegt de flaptekst en dat blijkt aardig te kloppen. Een essayistische verhalenbundel over de Noble Silence.

Trees Dewever komt uit Waregem en zette haar eerste stappen in de cultuurwereld in haar geboortedorp. Het Muziek- en Theatercentrum De Hoop, een kunstencentrum avant la lettre, was in de jaren tachtig toonaangevend. Anne Teresa de Keersmaeker en Jan Fabre gaven er hun eerste voorstellingen. Brugge was toen, tot de komst van Sonia Debal aan het hoofd van het Cultuurcentrum, nog een culturele woestenij. Trees Dewever was getuige van de boom die ‘Fase’ van Anne Teresa teweegbrachtin het Vlaamse danslandschap. Ze participeerde aan wat de ‘Vlaamse Golf’ werd genoemd, ‘iets wat we toen amper beseften’.

EXit: U hebt nadien cultureel rondgezworven. Een boeiende periode?

Trees Dewever: ‘Dat mag u zeggen. Ik heb in Gent, Brussel en Antwerpen in de culturele sector gewerkt. Vooral Antwerpen ’93 als culturele hoofdstad was voor mij een boeiende periode. Ik heb daar toen honderd concerten georganiseerd en dat in tien maanden tijd.’

‘Ik heb ook gewerkt op de ministeriële kabinetten van Bert Anciaux en (kort) Paul Van Grembergen. Als cabinetard was ik trouwens present op de opening van het Concertgebouw. Het culturele leven in Brugge kreeg toen een enorme boost.’

EXit: U maakte op een gegeven moment een carrièreswitch. Wat was de aanleiding?

Trees: ‘Op het einde van mijn kabinetsjaren en na dertig jaar culturele sector, raakte ik geboeid door de mind-body relatie, het psychologische welzijn, maar ook in de relatie tussen kunst en spiritualiteit. Ik leerde mediteren, volgde verschillende massageopleidingen in binnen- en buitenland en werd lichaamstherapeute.’

‘Intussen was ik verhuisd van centrum Brussel naar het Begijnhofwaar een huisje te huur stond. Ik was geraakt door de schoonheid en hapte meteen toe. Ik gaf er cursussen meditatie en relaxatie op mijn Minnezolder, die ik met behulp van de zusters heb gerenoveerd en ingericht.’

‘Sinds 2006 ben ik verbonden aan de School voor Zijnsoriëntatie in Utrecht. Alles wat ik belangrijk vond, komt erin samen: lichaamswerk, meditatie, boeddhisme en psychotherapie. En dat op een aardse, spirituele én wetenschappelijke manier. Het is deze wijsheid en die  ervaringen van de laatste 20 jaar die ik wil delen met mijn boek ‘Zijnsvergetelheid’. Als leraar Zijnsoriëntatie begeleid ik nog altijd mensen, zowel privé als in groepsverband.’

EXit: U schrijft een poëtisch verhaal over ‘Zijnsvergetelheid’.

Trees: ‘Het is meer een essay, een bundel verhalen over het grote en het kleine ‘zijn’. We zijn allemaal op zoek naar verbinding, omdat we vergeten zijn dat we geworteld zijn in een groter geheel, in wat ik Zijn noem. Ik onderzoek hoe dat komt en hoe we liefdevol kunnen omgaan met onze neuroses. Een persoonlijk onderzoek over hoe het menselijke falen en de liefde onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Het gaat over de kunst om op je gemak te leren zijn met ongemak. Laat dus dit boekje wat zielenvoedsel zijn om antwoorden te verzinnen op wat ik vaak te horen krijg: ik weet niet meer wie ik ben en wat ik wil. Ik deel ook met schroom een stuk van mijn geschiedenis. Mijn wens is dat dit boekje bijdraagt aan het ontwikkelen van een vrijere, milde houding naar onszelf en de wereld.’ (LF)

____

‘Zijnsvergetelheid’, Trees Dewever, 123 pagina’s, 20 euro.

Boek ‘Belgian Street Art Today’ belicht gerenommeerde streetart- en graffitikunstenaars

Een ode aan de spuitbus

Vincent en Valérie Willems pakken uit met een dijk van een boek over onze vaderlandse ‘straatartiesten’. Broer (foto’s) en zus (tekst) maakten een hedendaagse staalkaart van én eerbetoon aan de kunstenaars met spuitbus in het boek ‘Belgian Street Art Today’. Bijna vijftig artiesten komen aan bod waaronder ook enkele prominente Bruggelingen (Wietse, STS Jasta, Jamz Jamezon, AG Crew en Case®. ‘Deze artiesten maken dagelijks veel mensen gelukkig door de steden en gemeenten op te fleuren met hun kunst’, zeggen de auteurs.

EXit: Vormen broer en zus Willems een complementair duo?

Vincent Willems: ‘Absoluut, we weten wat we van elkaar mogen verwachten en we leggen graag de lat hoog voor onszelf.’

Valérie Willems: ‘Onze samenwerking verliep zeer vlot. Het was aanvankelijk de bedoeling dat ik de teksten zou vertalen naar het Engels, maar het werd al snel duidelijk dat ik ze ook mocht schrijven aan de hand van een vragenlijst of interview.’

EXit: Vincent, hoe maakte je de selectie? Op artistiek niveau? Of eerder per provincie een doorsnee van de strafste spuitbusartiesten genomen?

Vincent: ‘Ik probeerde een mooie combinatie te vinden: gevestigde waarden, opkomend talent, man/vrouw en ook artiesten uit verschillende provincies. Ook de diversiteit in stijlen sprak me aan. Helaas kon ik maar 49 artiesten selecteren; er zijn nog een aantal anderen die ik graag in het boek had opgenomen.’

EXit: Je hebt het hele land kunnen doorkruisen. Ben je daarbij op ‘verrassingen’ gestoten?

Vincent: ‘Absoluut, zoals toen ik een werk aan het zoeken was van SMOK in de Pontbeeklaan in Asse. Mijn vrouw en ik waren al een tijd aan het zoeken, maar konden het werk eerst niet vinden. We gingen met de wagen aan de kant staan. Kort daarna klopte een politieman op het raam om te vragen of alles in orde was. Ik vertelde dat ik op zoek was naar een mooi werk in de buurt, maar dat ik dit niet kon vinden. De agent wist waar het te vinden was en escorteerde ons naar de plaats. Het was een redelijk drukke baan en hij was zo behulpzaam om even het verkeer tegen te houden zodat ik mijn foto kon maken vanaf de gewenste afstand. Ook in het stedelijk zwembad van Vilvoorde werd ik aangenaam verrast door de enthousiaste medewerkers die me ook het werk op de binnenplaats toonden en me nog honderduit vertelden over andere plaatsen waar nog meer pareltjes staan. En zo kan ik nog een tijdje doorgaan.’

EXit: Valérie, voor jou is dit boek ook jouw debuut. Was je vertrouwd met street art?

Valérie: ‘Ik was een beetje vertrouwd met street art. Nog voor er sprake was om samen met mijn broer een boek te maken, zag ik de meeste werken van Bridges. Tijdens een tripje naar Tallinn bezocht ik ook een streetartsite. Mijn interesse werd wel aangewakkerd door het maken van het boek. Ik doe regelmatig grote wandelingen met vrienden. Na een wandeling die in Leuven eindigde, wandelden we nog een extra stukje om een werk van Dzia te zien. Dit zal nu frequenter gebeuren. Door het zien van al die streetart, kreeg ik zin om zelf iets creatiefs te doen! In 2023 wil ik dan ook een streetartworkshop doen.’

EXit: Er komen bijna vijftig kunstenaars (en hun werk) aan bod in het boek, maar ik kan me voorstellen dat jullie niet alles hebben kunnen coveren. Denken jullie al na over deel 2?

Vincent: ‘Met 49 artiesten hebben we inderdaad niet iedereen in het boek aan bod laten komen. We zijn in België dan ook zeer verwend met een groot aantal topartiesten. Kiezen was dus altijd een beetje verliezen. Er is altijd de mogelijkheid dat er een deel twee komt, want er verandert elk jaar geweldig veel. Persoonlijk blijf ik deze kleurrijke wereld met veel plezier opvolgen.’ (ADC)

______

www.stichtingkunstboek.com

%d bloggers liken dit: