Exit Magazine

Maandelijks Brugs Cultuurblad

(foto EDM)

Happen naar lucht

Grapjes bij de vleet, begin maart: geen handen meer schudden,
geen kus op de wang, hoesten in de plooi van je elleboog, een
praatje op anderhalve meter. Vandaag is dat lachen een beetje
wrang geworden, want vooral de culturele sector kreeg de
voorbije maanden een dwangbevel geserveerd: de (meeste)
deuren dicht, de lichten uit en… happen maar naar lucht. De
roep naar een veilig 2021 klinkt steeds luider. Wij polsten bij
een aantal gezaghebbende stemmen uit de lokale cultuursector
over hun toekomst. (LF)

Pieter De Wulf (Comedyshows): ’Het grootste
probleem is de valse hoop’

‘U vroeg om een hoopgevende boodschap? Een moeilijke opdracht, want
de hoop die we vaak koesterden om te kunnen starten werd ons al
meermaals ontnomen. Op zich heb ik daar geen probleem mee, er van
uitgaande dat gezondheid op de eerste plaats komt. Het grootste
probleem is echter de valse hoop… We mogen immers voor enkele
honderden mensen, met social distancing en nog een lijstje andere
voorzorgen, eigenlijk wél organiseren. De rekening blijkt echter nooit te
kunnen kloppen. Zo heb je onder meer een veel grotere zaal nodig om
hetzelfde aantal mensen te kunnen plaatsen, maar de huurprijs blijft
dezelfde. Een limiet van 200 personen is al helemaal dodelijk, want
niemand is bereid vier keer zoveel te betalen voor zijn ticket. Deze
maatregelen brachten een broos evenwicht in de sector in gevaar. Met
subsidies is zo’n optreden misschien wel haalbaar, of hobbyisten met een
pak minder kosten geraken er misschien ook. Commerciële spelers met
vaste kosten werden buitenspel gezet, faalden of moesten zich tevreden
stellen met een aalmoes.
Hierdoor krijg je een onrechtvaardigheidsgevoel wat resulteert in een
hoop vragen: waarom mogen vliegtuigen wel vol zitten zonder social
distancing, waarom sloot men de zalen maar niet onze sector zodat in
tegenstelling tot andere sectoren we geen sluitingspremie krijgen,
waarom is er zo’n onderscheid in steun tussen de gesubsidieerde en de
private sector,… Het woord ‘subsidieslurpers’ werd uitgevonden, wie RSZ
en belastingen betaalde, krijgt het minste steun, er was onbegrip van
freelance techniekers die werden vergeten en sommigen vonden het een
slecht signaal dat er toch werd georganiseerd en dat de publieke
opinie (en de overheid) er zo vanuit kon gaan dat alles binnen de nieuwe
regels terug (rendabel) was opgestart.

De hele coronaperiode begon nochtans met een warme en hoopgevende
collegialiteit uit je directe netwerk. Al snel kwam het besef via de (social)
media hoe versplinterd de evenementensector eigenlijk is, bestaande uit
tientallen subsectoren met elk een eigen agenda en belangen. Zelf voelde
ik me niet of nauwelijks vertegenwoordigd in de media en had het zelfs
moeilijk als iemand zich uitgaf voor de hele sector, maar waar ik eigenlijk
weinig raakvlakken mee had. Bovendien was er geen overleg tussen alle
spelers die de media omschrijft als één evenementensector, laat staan
een gemeenschappelijke eis of plan.
In de kantlijn was het voor mij persoonlijk slikken om een campagne te
zien vanuit de Brugse cultuurhuizen met de boodschap dat cultuur beter
zou zijn op anderhalve meter, terwijl net deze regel er bij ons voor zorgde
dat we niks meer rendabel konden organiseren. Ik weet dat deze
campagne geen kwade bedoelingen had, maar ik voelde toch een gevoel
van onbegrip voor wat wij doormaken. Maar net hieruit wil ik hoop
halen… de hoop dat deze crisis ons als sector laat inzien dat we elkaar
nodig hebben voor een breed cultureel aanbod (commercieel of
gesubsidieerd, directeur of technieker, afficheplakker of programmator
en vooral al diegene die telkens worden vergeten). Ik hoop dat de
overheid al deze tandwielen in de machine aangepaste hulp biedt zodat
de cultuurmachine ook na corona op volle toeren kan draaien!’

Comments are closed.

%d bloggers liken dit: