
Het standaardwerk over de Brugse straatnamen is sinds 1977 het boek van Albert Schouteet, ‘De straatnamen van Brugge’, een betrouwbaar naslagwerk dat vandaag wel een beetje gedateerd en (uiteraard) onvolledig overkomt. De Brugse stadsgids Chris Weymeis bouwt daar nu aan voort met de uitgave van de zesdelige reeks ‘Brugge, van Academiestraat tot Zwijnstraat’.
Wanneer straatnamen in voege zijn gekomen is niet helemaal duidelijk, maar de meeste namen zijn ‘zo oud als de straat’. Van de oudste namen is de oorsprong zelf onbekend. De overheid liet zich daar weinig aan gelegen en liet de bevolking haar zin doen. Dat leidde tot het toepassen van veel gezond verstand. Straten en pleinen werden genoemd naar ‘de geaardheid van de bodem’ (’t Zand…), naar bekende eigenaars of bewoners (Stijn Streuvelsstraat), naar bevolkingsgroepen (Zwarte Leertouwerstraat) enzovoort. Opvallend, het volk gaf bijna nooit namen van beroemde personen, een Keizer Karel uitgezonderd. Officieel kregen straten een naam vanaf het einde van de 18de eeuw.
Zopas verscheen in de reeks ‘Van Academiestraat tot Zwijnstraat’ het zesde en laatste deel van Chris Weymeis zijn straatnamenverhaal. Een huzarenwerkje dat alsnog om een afrondend slotdeeltje vraagt.
Chris Weymeis: ‘Straatnamen bevatten vaak een verhaal. In de Braambergstraat groeien sinds eeuwen al geen bramen meer en wie weet nog iets over de familie Bapalmes die hun naam gaven aan de Bapaumestraat. Over elke straat valt wel iets te vertellen: er stond een bijzonder gebouw, er woonde een beroemde Bruggeling, er gebeurde ooit iets speciaals.’
Wie de zes boekdeeltjes naast elkaar legt, vindt er een schat aan informatie en soms verrassende illustraties in terug, verdeeld over 360 straatnamen en evenveel verhaaltjes op 700 bladzijden. Een hebbeding voor de Brugge-bibliotheek. (LF)
Brugge, van Academiestraat tot Zwijnstraat, Chris Weymeis, uitgeverij Van De Wiele.
Vind ik leuk:
Vind-ik-leuk Laden...