Exit Magazine

Maandelijks Brugs Cultuurblad

EXit sprak met Gunther Broucke, intendant van Brussels Philharmonic

‘De samenwerking met het Concertgebouw staat in de sterren geschreven’

 

Een tekort aan nieuwe en verfrissende ideeën kun je Gunther Broucke niet verwijten. Hij toverde Brussels Philharmonic uit de problemen en zette het orkest op de kaart met onder meer filmmuziek voor films als The Artist en The Aviator. De thuishaven Flagey staat borg voor volle zalen, maar Broucke wil meer en laat daarvoor zijn oog vallen op een nauwe(re) samenwerking met het Concertgebouw. Het orkest en het Vlaams Radio Koor staan niet minder dan 14 keer op de Brugse planken. Hoog tijd voor een gesprek.

 Brussels Philharmonic kleurt West-Vlaams en dat is een eufemisme. Zowel de algemeen manager (Gunter Broucke) als de operationeel directeur (Filip Strobbe) als de voorzitter van de Raad van Bestuur (Hugo Vandamme) en de productieverantwoordelijke (Jim Seynaeve) zijn van West-Vlaamse origine.

 Gunther Broucke: (grappend) ‘Kwaliteit komt samen. We zijn dan ook een soort missionarisproject in Brussel.’

(ernstig) ’Ik vind dat West-Vlamingen mekaar goed verstaan. Dat valt mij steeds weer op. En dat is nodig ook, want West-Vlaanderen loopt nog steeds een beetje achterop voor bepaalde zaken. Zo heeft deze provincie nog steeds geen Koninklijk Conservatorium en dat is een reëel gemis. Een echt professioneel ensemble is er evenmin. Natuurlijk is er Anima Eterna Brugge, maar dat is meer een projectensemble. Er is ook Symfonieorkest Vlaanderen, maar dat heeft zijn toevlucht in Gent gevonden. En tot voor Brugge 2002 had West-Vlaanderen evenmin een concertzaal. Maar Vlamingen zijn  harde werkers, al tonen we dat niet altijd.’

 EXit: Brussels Philharmonic staat het komende seizoen met meer dan tien producties in het Concertgebouw. Dat is opvallend veel.

Broucke: ‘Dat is absoluut zo en dat heeft veel te maken met de expansie van het orkest in de laatste jaren. De voorbije vier à vijf jaar zijn we dan ook zeer sterk gegroeid, zowel op het niveau van de producties, de dirigenten als de topsolisten. Vroeger waren ze uitzondering op de affiche, vandaag is dat regel.’

 ‘Onze producties verdienen het ook om meer dan één keer opgevoerd te worden, eenmalig is voor niemand een goede zaak. Daarom zitten wij nu op twee niveaus na te denken. Eén: kunnen wij het publiek in Brussel nog verbreden? We brengen dan elk concert tweemaal, want nu is alles steevast uitverkocht. Tweede element: we zijn een orkest van de Vlaamse Gemeenschap dat opereert in Brussel, maar ook in Vlaanderen echt wil aanwezig zijn. Prominent aanwezig. We willen daarom een tweede plek uitbouwen die ook onze thuis is.’

 EXit: En daarvoor kijkt u naar de centrumsteden?

Broucke: ‘Probleem natuurlijk. Gent heeft niet echt een geweldige zaal (LF. De Bijloke die straks verbouwd wordt), Antwerpen is bezet terrein en Limburg heeft zelfs geen zaal. Zo komen we uit bij Brugge dat niet alleen een uitstekende zaal heeft, maar met de kust een boeiend wervingsgebied en zelf ook een boeiende werking heeft. Al die elementen samen zorgen ervoor dat de samenwerking tussen Brussels Philharmonic en het Concertgebouw in de sterren geschreven staat. Dat is geen evident gesprek, duidelijk, maar het wordt met open vizier gevoerd. Voor het Concertgebouw is het nog een aftasten wat die plek kan zijn van zo’n extra-zware speler. Het is een gesprek dat tijd vraagt.’

 EXit: In afwachting komen jullie dit seizoen met een wel zeer gevarieerd programma naar Brugge.

Broucke: ‘Een orkest van vandaag moet alles spelen, van negro-spirituals over Mahler tot operette toe. Hoe lang is het al geleden dat er nog een operette op het podium stond? Er is daar nochtans een publiek voor, daar ben ik van overtuigd, maar er moet nog een en ander afgestoft worden. Toen wij indertijd begonnen met filmmuziek lachten de collega’s ons uit. Vandaag speelt bijna iedereen het.’ (LF)

DE REST VAN HET INTERVIEW LEEST U IN DE PAPIEREN EXIT VAN SEPTEMBER. OVERAL GRATIS TE VERKRIJGEN!

Comments are closed.

%d bloggers liken dit: