
Foto Friese Landuyt
Van 1 tot 24 juni loopt er in het Stadsarchief een tentoonstelling over vrouwen in de Eerste Wereldoorlog (1914-1918). De expo is een initiatief van Viva la Vida en toont enkele verhalen van vrouwelijke spionnen en verzetsstrijders tijdens de Eerste Wereldoorlog. Daarnaast belicht de expo ook hoe de gewone vrouw wist te overleven in ongewone omstandigheden.
Met de herdenking van 100 jaar WOI zijn er heel wat tentoonstelling en evenementen over het internationaal conflict. Daarin staan het front en de mannelijke soldaten vaak centraal. ‘De vrouwen op het thuisfront moesten echter ook hun mannetje staan’, zegt Barbara Roose, voorzitster van Viva la Vida. ‘Ze namen de taken over van mannen die aan het front vochten, belandden in de prostitutie of verzetten zich actief tegen de Duitse bezetter. Grote of kleine verhalen, ik heb er een groot respect voor.’
De expo ‘Straffe vrouwen in de Eerste Wereldoorlog’ toont voornamelijk banners waarop verhalen en foto’s te zien zijn van vrouwelijke spionnen en verzetsstrijders. ‘Het unieke aan de expo is dat het Stadsarchief van Brugge heel wat materiaal heeft over de oorlogsjaren. Zo heeft ze nog brieven van vrouwelijke spionnen. Dankzij dat archief kunnen we de expo aanvullen met kijkkasten.’ Verder heeft de Brugse glaskunstenares Pia Burrick aan de hand van foto’s glazen vrouwenportretten gemaakt.
Straffe verhalen
Een van de vrouwelijke spionnen die de expo belicht, is Marthe Cnockaert (1892-1969). Tijdens de Eerste Wereldoorlog gebruikt Marthe het café van haar ouders in Roeselare om informatie los te krijgen van Duitse officieren. Na twee jaar ontmaskeren Duitse soldaten haar en wordt ze ter dood veroordeeld. De straf wordt uiteindelijk omgezet in levenslang. Na de oorlog publiceert Marthe heel wat romans over haar avonturen tijdens de oorlog.
Ook Brugge levert tijdens de Eerste Wereldoorlog een spionne. Anne De Beir (1874-1971) is bij aanvang van de oorlog een weduwe met vier kinderen – wat op zich al een hele prestatie is. Ze biedt hulp aan Belgische vluchtelingen en gewonde militairen en verstuurt op listige wijze boodschappen naar Engeland. Net zoals Marthe wordt haar terdoodveroordeling omgezet in levenslang. Hoewel de Duitsers haar gunstigere straffen blijven aanbieden, blijft Anne ontkennen dat ze een spionne is. Op 10 november 1918 komt ze vrij.
Naast de spionnenverhalen is er in de expo ook plaats voor kleine helden. Op 12 oktober 1918 ziet de tienjarige Yvonne Vieslet uitgehongerde Franse soldaten die gevangen waren door het Duitse leger. Ze gooit haar schoolkoek naar de soldaten en een Duitser schiet daarom Yvonne neer. Enkele uren later overlijdt het meisje. De Belgen zijn oorlogsmoe en Yvonne wordt voor hen een symbool. Daarom krijgt ze van de toenmalige Franse president Poincaré postuum de medaille ‘De la reconnaissance Française’. (LF/FL)
Vind ik leuk:
Like Laden...